LOCAL (lokale zoekfunctie)

"LOCAL-ON": om alleen af te stemmen op krachtige zenders.

"LOCAL-OFF" (z): om af te stemmen met normale ontvangst.

MONO*3 (monostand)

Selecteer de mono-ontvangststand als u slechte FM-ontvangst wilt verbeteren.

"MONO-ON": om stereo-uitzendingen in mono te horen.

"MONO-OFF" (z): om stereo-uitzendingen in stereo te horen.

REG*1*3 (regionaal)

"REG-ON" (z) of "REG-OFF" instellen (pagina 11).

LPF*4 (laagdoorlaatfilter)

Hiermee selecteert u de kantelfrequentie van de subwoofer: "LPF OFF" (z), "LPF125Hz" of "LPF 78Hz".

LOUD (loudness)

Hiermee kunt u het geluid goed horen met een laag volume.

"LOUD-ON": om hoge en lage tonen te versterken.

"LOUD-OFF" (z) : om hoge en lage tonen niet te versterken.

BTM (pagina 9)

*1 Alleen CDX-MR50IP

*2 Als het apparaat is uitgeschakeld.

*3 Als FM wordt ontvangen.

*4 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB".

AUX

AUX

Verbindingskabel*

(niet bijgeleverd)

*Gebruik een rechte stekker.

Het volume aanpassen

Pas het volume voor elk aangesloten audioapparaat aan voordat u het afspelen start.

1Verlaag het volume op het apparaat.

2Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX" wordt weergegeven.

"AUX FRONT IN" wordt weergegeven.

3Start het afspelen op het draagbare audioapparaat met een normaal volume.

4Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het apparaat.

5Pas het ingangsniveau aan (pagina 13).

Optionele apparaten gebruiken

Randapparatuur voor audio

Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan te sluiten op de AUX-ingang (stereo mini- aansluiting) op het apparaat en vervolgens de bron te selecteren, kunt u het audioapparaat beluisteren via de luidsprekers van de boot. Het volume kan worden aangepast voor elk verschil tussen het apparaat en het draagbare audioapparaat. Volg de onderstaande procedure:

Een draagbaar audioapparaat aansluiten

1Schakel het draagbare audioapparaat uit.

2Verlaag het volume op het apparaat.

3Sluit het draagbare audioapparaat aan.

CD/MD-wisselaar

De wisselaar selecteren

1Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "CD" of "MD" wordt weergegeven.

2Druk herhaaldelijk op (MODE) tot de gewenste wisselaar wordt weergegeven.

Apparaatnummer

Discnummer

Het afspelen wordt gestart.

vervolg op volgende pagina t

15