Planning voor uitgaand alarm
U kunt de automatische output voor alarmen plannen.
| Planning voor uitgaand alarm |
| |||
AO | Alarm 1 | Alarm 2 | Alarm 3 | Alarm 4 | Beep |
All |
|
|
|
|
|
Z |
|
|
|
|
|
M |
|
|
|
|
|
D |
|
|
|
|
|
W |
|
|
|
|
|
D |
|
|
|
|
|
V |
|
|
|
|
|
Z |
|
|
|
|
|
V |
|
|
|
|
|
Uit |
|
|
|
|
|
Aan |
|
| Vakantie | OK | Anuleer |
Gebeurtenisgestuurd |
Het schema wordt ingeschakeld door alarmen, dagen en tijdblokken te selecteren. De standaardinstelling is Event Driven (gebeurtenisgestuurd). Voor elk alarm of elke pieptoon kunt de alarmmelding in- of uitschakelen. Bij Gebeurtenisgestuurd kan het alarm alleen worden verstuurd als er een gebeurtenis is geactiveerd.
AO >: Dit betekent Alarm Out (Alarm Uit). Alle alarmen worden gewijzigd in overeenstemming met Alarm1 wanneer die wordt ingedrukt.
0 tot 23: Tijdwaarden voor horizontale reeks.
Z tot V: Dagen (zondag tot zaterdag) en Vakantiedagen (H).
All (alles): Druk hierop en de algehele instellingen in het huidige venster wijzigen in Off (uit), On (aan) en Event Driven (gebeurtenisgestuurd).
Uit: Instelling voor het niet afgeven van een alarm gedurende de ingestelde tijd.
Aan: Instelling voor het wel afgeven van een alarm gedurende de ingestelde tijd.
Gebeurtenisgestuurd: Instelling voor het afgeven van een alarm wanneer er een gebeurtenis plaatsvindt gedurende de ingestelde tijd.
Vakantiedag
Als u drukt op Vakantie, dan verschijnt er een kalender waarmee u vakantiedagen kunt aanduiden. Plaats de cursor op een datum en druk op de
NETWORK (NETWERK)
U kunt instellingen m.b.t. het netwerk configureren voor een netwerkverbinding.
IP-instellingen
IP Instellingen |
|
|
Verbindings Mode | Statisch IP |
|
Bandbreedte | 2 Mbps |
|
Admin wachtwoord | |
|
User Wachtwoord | |
|
IP | 192.168.001.201 |
|
Gateway | 192.168.001.001 |
|
Subnet Mask | 255.255.255.000 |
|
DNS | 168.126.036.001 |
|
ADSL Gebruikersnaam | ID |
|
Wachtwoord | |
|
| OK | Anuleer |
Verbindings Mode
Selecteer netwerktype die in verbinding staat met de kern van het product.
-Statisch IP: Wanneer de kern in verbinding staat met het netwerk door middel van statische IP’s.
-Dynamisch IP: Wanneer de kern in verbinding staat met het netwerk door middel van de dynamische IP’s van de
-ADSL (PPPoE): Wanneer de kern in verbinding staat met het
Bandbreedte
Stel de netwerksnelheid in op Unlimited (onbeperkt), 2 Mbps, 1,5 Mbps, 1 Mbps, 800 Kbps, 600 Kbps, 500 Kbps, 400 Kbps, 300 Kbps of 128 Kbps. Als de verbinding is gemaakt met ADSL, dan kunt u uitsluitend kiezen uit een bandbreedte van 600 kbps of minder.
Admin wachtwoord
Wordt gebruikt voor verbinding tussen Smart Viewer en dit product met behulp van de beheerdersrechten. Het wachtwoord mag maximaal 8 getallen bevatten. Druk op de
User Wachtwoord
Wordt gebruikt voor verbinding tussen Smart Viewer en dit product met behulp van de gebruikersrechten. Het wachtwoord mag maximaal 8 getallen bevatten. Druk op de
1. Als de kern van het product
LET OP | in verbinding staat met een | |
hogesnelheidsnetwerk als LAN, dan | ||
| ||
| raden wij u aan om een bandbreedte | |
| van meer dan 1 Mbps in te stellen. | |
| 2. Als het apparaat in verbinding staat | |
| met een netwerk dat gebruik maakt | |
| van ADSL of een lage bandbreedte, | |
| dan moet u de bandbreedte | |
| instellen op 600Kbps of lager, en de | |
| opnamemodus op CIF (standaard). | |
| Het instellen van een hogere | |
| bandbreedte of hogere opnamemodus | |
| voor de netwerkomgeving dateen lage | |
| bandbreedte ondersteunt, kan leiden | |
| tot een overbelasting van het netwerk, | |
| en daardoor kan de verbinding met | |
| Smart Viewer of beeldbewaking niet | |
| naar behoren functioneren. | |
| 3. Wanneer de verbindingsmodus | |
| is ingesteld op ADSL, dan is de | |
| bandbreedte vastgelegd op 300Kbps. |
05