•Ratelsleutel RS
volledige set met omvangrijk toebe- horen.
•Schroevendraaier DS 1610 (niet afgebeeld)
Sproeien
JSproeipistool SPP 161
voor het sproeien van koudreiniger, olie, vloeibare was, enz..
•Gecombineerd sproeipistool UBS 820 (niet afgebeeld)
voor normale 1,0
Slangen
KSlangtrommel ST 200
360° draaibaar; met 30 m
•Persluchtslang met weefsellaag (niet afgebeeld)
met snelkoppeling en insteeknippel; 5 m lengte; 12 mm buitendiameter; 6 mm binnendiameter.
•Persluchtslang met weefsellaag (niet afgebeeld)
met snelkoppeling en insteeknippel; 10 m lengte; 12 mm buitendiameter; 6 mm binnendiameter.
•Persluchtslang met weefsellaag (niet afgebeeld)
met snelkoppeling en insteeknippel; 10 m lengte; 15 mm buitendiameter; 9 mm binnendiameter.
•Persluchtslang met weefsellaag (niet afgebeeld)
50 m lengte; 15 mm buitendiamter;
9 mm binnendiameter.
•Spiraalslang, Rilsan (niet afgebeeld) met snelkoppeling en insteekmof; 2,5 m nuttige lengte; 8 mm buiten- diameter; 6 mm binnendiameter.
•Spiraalslang, Rilsan (niet afgebeeld) met snelkoppeling en insteekmof; 7,5 m nuttige lengte; 8 mm buiten- diameter; 6 mm binnendiameter.
•Spiraalslang, Rilsan (niet afgebeeld) met snelkoppeling en insteekmof; 10,0 m nuttige lengte; 10 mm bui- tendiameter; 8 mm binnendiameter.
•Slangtrommel SA 100 (niet afgebeeld)
met weefselslang 20,0 m lengte; 15 mm buitendiameter; 9 mm bin- nendiameter.
•Slangtrommel SA 200 (niet afgebeeld)
Geschikt voor bevestiging muur- en plafondbevestiging; automatische oprolfunctie; met 8 m
Accessoires
LAccessoireset LPZ
bevat: blaaspistool, bandenpomp, bandenpompnippel, balnaald, verf- spuitpistool, sproeipistool, spiraal- slang.
•Accessoireset LPZ
bevat: blaaspistool, bandenpomp, bandenpompnippel, balnaald, verf- spuitpistool, sproeipistool, 10 m weefselslang.
•Accessoireset LPZ 6 (niet afgebeeld)
bevat: blaaspistool, bandenpomp, bandenpompnippel, balnaald, verf- spuitpistool, 5 m weefselslang.
•Accessoireset LPZ 4 (niet afgebeeld)
bevat: blaaspistool, bandenpomp, verfspuitpistool, spiraalslang.
•Accessoireset LPZ 2 (niet afgebeeld)
bevat: universele houder met blaa- spistool, bandenpomp, verfspuitpis- tool, spiraalslang.
7. Problemen en storingen
AGevaar!
Alvorens u met werkzaamhe- den aan het apparaat begint:
−schakelt u het apparaat uit,
−trekt u de stekker uit het stopcon- tact en
−wacht u tot het apparaat stilstaat.
−controleert u of het apparaat en het gebruikte persluchtgereed- schap en accessoires niet meer onder druk staan.
Na beëindiging alle werkzaamheden aan het apparaat:
−schakelt u alle veiligheidsvoorzie- ningen weer in en controleert u de werking ervan,
NEDERLANDS
−controleert u of alle gereedschap of dergelijke van of uit de machine verwijderd is.
De compressor functioneert niet:
•Er is geen spanning.
−Controleer het snoer, de stekker, het stopcontact en de betreffende zekering.
•De netspanning is te laag.
−Gebruik een verlengsnoer met voldoende doorsnede (zie "Tech- nische gegevens"). Vermijd gebruik van een verlengsnoer bij een koud apparaat.
•De compressor werd uitgeschakeld door de netstekker uit het stopcon- tact te trekken terwijl hij in gebruik was.
−Schakel de compressor eerst uit met de hoofdschakelaar, en schakel hem vervolgens weer in.
•De motor is oververhit, bijvoorbeeld door defecte koeling (verborgen koelribben).
−Verhelp de oorzaak van de over- verhitting, laat de compressor ongeveer tien minuten afkoelen en schakel hem dan opnieuw in.
De compressor draait zonder vol- doende druk op te bouwen.
•Aftapplug voor condenswater van de filterdrukregelaar geopend.
−Sluit de aftapplug.
•De terugslagklep vertoont lekkages.
−Laat de terugslagklep herstellen door een vakman.
De druk in het persluchtgereedschap is onvoldoende.
•De drukregelaar is niet voldoende opengedraaid.
−Draai de drukregelaar verder open.
•De slangverbinding tussen de com- pressor en persluchtgereedschap vertoont lekkages.
−Controleer de slangverbinding; vervang beschadigde onderdelen indien nodig.
8. Herstelling
AGevaar!
Herstellingen van elektrische machines mogen uitsluitend door een elektromonteur uitgevoerd worden!
De elektrische machines kunnen voor herstelling verzonden worden naar de
Geef bij inzending voor herstelling een omschrijving van het vastgestelde defect.
29