10 DGX-230/YPG-235 Gebruikershandleiding
Opstellen
Zorg ervoor de volgende handelingen uit te voeren VOORDAT u het instrument aanzet.
Ofschoon het instrument zowel via een optionele netadapter als via batterijen kan worden gevoed, beveelt Yamaha het
gebruik van een netadapter aan, waar maar mogelijk. Gebruik van een netadapter is milieuvriendelijker dan batterijen.
■Een netadapter gebruiken
Zorg dat de schakelaar [STANDBY/ON] van het
instrument in de stand STANDBY staat.
Sluit de netadapter aan op de
spanningsvoorzieningsaansluiting.
Sluit de netadapter aan op een stopcontact.
■Batterijen gebruiken
Open het klepje van het batterijcompartiment aan de
onderkant van het instrument.
Plaats de zes nieuw batterijen en let daarbij goed op
de polariteitsaanduidingen (+/-) aan de binnenzijde
van het compartiment.
Plaats het compartimentenklepje terug en let erop
dat dit goed vastklikt.
Voor werking op batterijen heeft het instrument zes
1,5-V maat 'D', R20P (LR20) of equivalente batterijen
nodig. (Alkalinebatterijen worden aanbevolen.)
Wanneer de batterijspanning te laag wordt voor een
goede werking, vervangt u alle batterijen met
inachtneming van de onderstaande
veiligheidsmaatregelen.
Zorg er, indien nodig, ook voor dat u alle belangrijke
gebruikersdata opslaat (zie pagina 49), aangezien alle
zelfgemaakte paneelinstellingen verloren gaan als de
batterijen worden verwijderd.
Spanningsvereisten
• Gebruik uitsluitend de aangegeven adapter (PA-5D of een
door Yamaha aanbevolen equivalent). Gebruik van andere
adapters kan leiden tot onherstelbare beschadiging van zowel
de adapter als het instrument.
WAARSCHUWING
• Haal de netadapter uit het stopcontact tijdens onweer of
wanneer u het instrument niet gebruikt.
LET OP
Netadapter Stopcontact
• Het aansluiten van de netadapter zorgt automatisch dat de netadapter
het instrument van stroom voorziet, zelfs als er batterijen zijn
geïnstalleerd.
OPMERKING
• Gebruik uitsluitend mangaan- of alkalinebatterijen voor dit
instrument. Andere typen batterijen (ook oplaadbare batterijen)
kunnen plotseling spanning verliezen wanneer de batterijen nog
maar weinig spanning hebben, waardoor data in het
flashgeheugen verloren kunnen gaan.
• Zorg ervoor dat de batterijen in dezelfde richting worden
geplaatst, waarbij de juiste polariteit wordt aangehouden (zoals
aangegeven). Foutieve plaatsing van de batterijen kan resulteren
in brand en/of het lekken van corrosieve chemicaliën.
• Als de batterijen leeg raken, vervangt u deze door een complete
set (6) nieuwe batterijen. Gebruik NOOIT oude en nieuwe
batterijen door elkaar. Gebruik niet verschillende soorten
batterijen (bijvoorbeeld alkaline en mangaan) door elkaar.
• Als het instrument langere tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u de
batterijen om eventuele lekkage van vloeistof te voorkomen.
• Gebruik de netadapter als u data overbrengt naar het
flashgeheugen. Batterijen (ook oplaadbare typen) kunnen snel
leeg raken bij dergelijke handelingen. Wanneer de batterijen leeg
raken tijdens de overdracht van data, gaan zowel de data die
worden overgebracht als de data in de overdrachtsbestemming
verloren.
LET OP