DE MODUS BEREIDEN
Bereidingsmodus instellen 01
Draai aan de Functieselectieknop om de gewenste bereidingsmodus in te stellen.
a
02 Temperatuur instellen Stel de gewenste temperatuur in door te draaien aan de
b Temperatuurregelaar.
a Grilltemperatuur
1:Laag
2: Medium
3: Hoog
bDe temperatuur instellen voor alle bereidingswijzen, behalve grillen.
02 GEBRUIK VAN DE OVEN
Als u de grillfunctie selecteer en de temperatuur instelt tussen 50 °C en 250 °C, of als u de modus Normale bereiding selecteert en de temperatuur instelt tussen Grill 1 en 3, wordt u met een zoemtoon en een
Alleen Lamp aan
Ovenfuncties
Hete lucht
De door het heteluchtsysteem gegenereerde hitte wordt door middel van ventilatoren gelijkmatig over de oven verdeeld. Deze functie is bedoeld voor diepvriesgerechten en voor braden.
Aanbevolen temperatuur: 170 °C
Bovenverwarming + hete lucht
De door het verwarmingselement aan de bovenkant en het heteluchtsysteem gegenereerde warmte wordt door middel van ventilatoren gelijkmatig over de oven verdeeld. Deze functie wordt gebruikt voor het braden van gerechten met een knapperig korstje, bijvoorbeeld vlees. Aanbevolen temperatuur: 190 °C
Normaal
Warmte wordt afgegeven door het heteluchtsysteem aan de boven- en onderkant. Dit is de functie die gewoonlijk wordt gebruikt voor het braden en roosteren van vrijwel alle typen gerechten.
Aanbevolen temperatuur: 200 °C
Bodemwarmte hete lucht
De door het verwarmingselement aan de onderkant en het heteluchtsysteem gegenereerde warmte wordt door middel van ventilatoren gelijkmatig over de oven verdeeld. Deze functie is bedoeld voor pizza, brood en gebak.
Aanbevolen temperatuur: 190 °C
Grote grill
De warmte wordt afgegeven door het grote grillelement. Deze functie wordt gebruikt voor geschulpte gerechten, zoals lasagne, en het roosteren van vlees.
Aanbevolen temperatuur: Medium
Nederlands - 13
|