Voldoen aan de installatievereisten
Stroomvoorziening en aarding
WAARSCHUWING: gebruik nooit een verlengsnoer.
Gebruik alleen de voedingskabel die bij uw wasmachine is geleverd.
Zorg ervoor bij de installatie dat de stroomtoevoer aan de volgende punten voldoet:
•Een AC 220 - 240 V / 50 Hz zekering of aardlekschakelaar
•Een eigen groep uitsluitend bedoeld voor uw wasmachine
Uw wasmachine moet correct geaard zijn. Als de wasmachine niet goed werkt of uitvalt, wordt met aarding de kans op een elektrische schok verminderd doordat de elektrische stroom kan wegvloeien.
De wasmachine beschikt over een voedingskabel met een geaarde stekker voor gebruik in een correct aangesloten en geaard stopcontact.
WAARSCHUWING: sluit de aardedraad nooit aan op plastic buizen, gasleidingen of buizen voor warm water.
Het onjuist aansluiten van de aardgeleider kan een elektrische schok tot gevolg hebben. Raadpleeg een bevoegde elektricien of onderhoudstechnicus wanneer u niet zeker weet of de wasmachine op de juiste manier is geaard.
VOORZICHTIG: breng geen aanpassingen aan in de stekker van de wasmachine. Indien de stekker niet in het stopcontact past, dient u een correct stopcontact te laten installeren door een bevoegde elektricien.
Watertoevoer
De wasmachine wordt goed gevuld wanneer de waterdruk tussen de 50 kPa en 800 kPa ligt. Een waterdruk onder de 50 kPa kan leiden tot het onjuist functioneren van de waterklep waardoor deze niet volledig kan worden gesloten. Het kan ook tot gevolg hebben dat de wasmachine er langer over doet om te worden gevuld dan is toegestaan waardoor de machine wordt uitgeschakeld. (De wasmachine beschikt over een limiet op de vultijd om overstromingen te voorkomen wanneer binnen in het apparaat een slang losraakt.)
De kraan moet zich binnen 120 cm van de achterkant van uw wasmachine bevinden zodat de bijgeleverde toevoerslangen de wasmachine kunnen bereiken.
De meeste onderdelenwinkels verkopen watertoevoerslangen van verschillende lengtes tot 305 cm.
U kunt het risico van lekkage en waterschade verminderen door:
•De kraan makkelijk toegankelijk te maken.
•De kraan dicht te draaien wanneer de wasmachine niet wordt gebruikt.
•De aansluitingen van de toevoerslang regelmatig te controleren op lekkage.
WAARSCHUWING: controleer alle aansluitingen van de waterklep en kraan op lekken voordat u de wasmachine voor het eerst gebruikt.