P74219df_F5D7230-4_man.qxd 10-03-2003 15:44 Page 28

ALTERNATIEVE INSTALLATIEMETHODE

1. Snelnavigatiekoppelingen

U kunt direct naar elke routerpagina met geavanceerde gebruikersinterfaces gaan door rechtstreeks op deze koppelingen te klikken. Om het opzoeken van een bepaalde instelling te vergemakkelijken zijn de koppelingen onderverdeeld in logische categorieën en gebundeld op tabbladen. Door een klik op de paarse header van een tabblad krijgt u een beknopte beschrijving van de functie van het tabblad.

2. Homeknop

De homeknop is beschikbaar op elke pagina van de gebruikersinterface. Met een druk op deze knop gaat u terug maar de homepage.

3. Internetstatusindicator

Deze indicator geeft de status aan van de routerverbindingen en is zichtbaar op alle pagina’s van de router. Wanneer de indicator ‘Connection OK’ (Verbinding in orde) in de kleur groen aangeeft, is de router verbonden met het internet.

Wanneer de indicator ‘No Connection’ (Geen verbinding) in de kleur rood aangeeft, heeft de router geen verbinding met het internet. De indicator wordt automatisch aangepast wanneer u wijzigingen aanbrengt in de instellingen van de router.

4. Login/Logout-knop

Met één druk op deze knop kunt u op de router in- en uitloggen. Wanneer u bij de router bent aangemeld, verandert de tekst op de knop in ‘Logout’. Door op de router in te loggen, gaat u naar een afzonderlijke inlogpagina waar u een wachtwoord moet invoeren. Wanneer u op de router bent ingelogd, kunt u de instellingen ervan wijzigen. Wanneer u klaar bent met het aanbrengen van wijzigingen, kunt u bij de router uitloggen door een klik op de knop ‘Logout’ (Afmelden). Meer informatie over inloggen op de router vindt u in het hoofdstuk ‘Inloggen op de router’.

5. Hulpknop

Met de hulpknop kunt u de hulppagina’s van de router openen. Met een klik op ‘More Info’ (Meer informatie) kunt u op veel pagina’s naast bepaalde paragrafen ook om hulp vragen.

ALTERNATIEVE INSTALLATIEMETHODE

6. LAN-instellingen

Toont u de instellingen van de LAN (Local Area Network) –kant van de router. U kunt deze instellingen wijzigen door te klikken op een van de koppelingen (IP Address, Subnet Mask, DHCP Server) of door te klikken op de LAN- snelnavigatiekoppeling links op het scherm.

7. Functies

Toont de status van de NAT, firewall en draadloze functies van de router. U kunt deze instellingen wijzigen door op een van de koppelingen te klikken of op de LAN-snelnavigatiekoppelingen links op het scherm.

8. Internetinstellingen

Toont de instellingen van de internet/WAN-kant van de router die verbinding maakt met het internet. U kunt deze instellingen wijzigen door op de koppelingen te klikken of op de ‘Internet/WAN’ snelnavigatiekoppeling links op het scherm.

9. Versie-informatie

Toont de versies van de firmware, bootcode, en hardware en het serienummer van de router.

10. Paginanaam

De pagina waarop u zich bevindt, kan door deze naam worden geïdentificeerd. Deze handleiding verwijst soms naar de naam van de pagina’s. ‘LAN > LAN Settings’ bijvoorbeeld verwijst naar de pagina ‘LAN Settings’ (LAN-instellingen).

28

29

Page 17
Image 17
Belkin F5D7230-4 manual Snelnavigatiekoppelingen, Homeknop, Internetstatusindicator, Login/Logout-knop, Hulpknop, Functies