8
NEDERLANDSINLEIDING
Hartelijk gefeliciteerd met uw keuze voor de
B&W CDM™1NT luidspreker!
B&W is gestart in 1966 en vanaf de eerste dag
heeft B&W er altijd naar gestreefd om voor elk
product de meest perfecte weergavekwaliteit te
bereiken. Het bedrijf investeerde en investeert
daarom veel in onderzoek en ontwikkeling:
alleen zo kan namelijk de leidende positie in
akoestische technologie worden vastgehouden.
In de afgelopen periode heeft B&W veel zeer
geavanceerde voorzieningen en technologieën
geïntroduceerd. Hoewel deze in eerste instantie
zijn ontwikkeld voor de duurdere modellen,
wordt de meerderheid na een tijdje ook
toegepast in de rest van de productseries.
Een kenmerk van de CDM™NT Serie is
bijvoorbeeld de behuizing met afgeschuinde
zijkanten. Hierdoor vermindert de
geluidsdiffractie: wanneer geluidsgolven namelijk
door scherpe randen worden weerkaatst treden
reflecties op. Deze verstoren het directe geluid
en veroorzaken een versluiering en een vager
geluidsbeeld. Een essentieel onderdeel van de
CDM™NT Serie is de laag/middeneenheid met
Kevlar® conus: deze staat garant voor minimale
vervorming en maximale resolutie. De
hoogeenheden gebruiken de Nautilus™
pijptechnologie: hierdoor ontbreekt elke
resonantie achter de conus.
Echter, hoe goed de luidspreker op zich ook is,
hij moet ook goed werken in de luisterruimte.
Daarom zal de tijd die u spendeert om een zo
goed mogelijke plaats te vinden, uiteindelijk
resulteren in vele uren luisterplezier. Lees daarom
deze gebruiksaanwijzing helemaal door. De
informatie helpt u de weergavekwaliteit van uw
audiosysteem te optimaliseren.
B&W luidsprekers worden verkocht in meer dan
65 landen over de hele wereld. B&W heeft een
internationaal netwerk van zorgvuldig
uitgezochte importeurs die u de beste service
zullen geven. Als u op een bepaald moment
problemen heeft die uw leverancier niet kan
oplossen, dan zal de importeur u altijd verder
helpen. De adressen vindt u op de website van
B&W.
UITPAKKEN
(Figuur 1)
• Het eenvoudigste is om eerst de doosflappen
geheel terug te vouwen en dan de doos om te
keren.
• Daarna trekt u alleen de doos voorzichtig
omhoog. De luidspreker blijft dan op zijn
plaats staan.
• Verwijder het verpakkingsmateriaal van de
luidspreker.
We adviseren u om het verpakkingsmateriaal te
bewaren. Wanneer u eventueel in de toekomst
de luidsprekers moet vervoeren, komt de
originele verpakking uitstekend van pas.
In de doos vindt u behalve deze
gebruiksaanwijzing:
• 2 schuimplastic pluggen
• 8 zelfklevende rubber voetjes
• 1 Internationaal garantieboekje
PLAATSING
(Figuur 2a)
Plaats de luidsprekers op stevige
luidsprekerstatieven en zorg daarbij dat de
hoogeenheden ongeveer op oorhoogte staan.
De luidsprekers kunnen op een (boeken)plank
worden geplaatst, maar dit beperkt u wel in de
mogelijkheden bij het zoeken van de optimale
weergavepositie. De gebruikte plank of het
gebruikte statief kan ook van invloed zijn op de
weergavekwaliteit van de luidspreker. Het
FS-CDM statief van B&W is speciaal ontwikkeld
voor de CDM™1NT en wordt daarom van harte
aanbevolen.
Om te beginnen moet u op de volgende zaken
letten:
• De luidsprekers en de luisterpositie moeten
ongeveer de hoekpunten vormen van een
gelijkzijdige driehoek.
• De luidsprekers moeten wel op tenminste
1,5 m afstand van elkaar staan, anders is
geen echte stereoweergave mogelijk.
Vervormen van TV-beelden
LET OP: De luidspreker heeft een statisch
magnetisch veld dat ook buiten de behuizing
aanwezig is. Daarom moet de luidspreker op
tenminste 0,5 m afstand staan van alle
apparatuur die beïnvloed kan worden door zo’n
veld, zoals bijvoorbeeld het beeldscherm van TV
en computer, floppy disks, videobanden, credit
cards, etc.
AANSLUITEN
(Figuur 3)
Voordat u ook maar iets gaat aansluiten, moet u
alle apparatuur UIT schakelen!
Er zijn twee paar vergulde aansluitklemmen op
het achterpaneel: een paar voor de
laag/middeneenheid en een paar voor het
hoog. De luidspreker kan hierdoor volgens de
BiWiring of Bi-Amping methode worden
aangesloten. Af fabriek zijn de twee paar
doorverbonden met een verbindingsplaatje van
verguld koper zodat de luidspreker met een
normale 2-aderige kabel kan worden gebruikt.
De beste verbinding krijgt u door de gestripte
‘kale’ kabeluiteinden onder de aansluitklemmen
te bevestigen.
De positieve (+/rode) klem van de versterker
moet u aansluiten op de positieve (+/rode) klem
van de luidspreker en de negatieve (–/zwart) op
de andere luidsprekerklem. Het is belangrijk om
de juiste polariteit te handhaven bij het
aansluiten van een luidsprekerpaar. Een foutje
veroorzaakt een vaag stereobeeld en vreemde
fase-effekten.
Als u de luidspreker volgens de Bi-Wiring
methode wilt aansluiten, draai dan eerst alle
klemschroeven los en verwijder het koperen
verbindingsplaatje. Verbind een
luidsprekeruitgang van de versterker nu met twee
aparte 2-aderige kabels met de klemschroeven
van een luidspreker: een kabel voor het hoog en
een voor het laag. Hierbij is de juiste polariteit
dubbel zo belangrijk: zowel voor de
frequentieweergave van elke luidsprekereenheid
op zich als de juiste balans tussen de linker en
rechter luidspreker. Door de aparte kabels
verbetert de weergave van geluidsdetails vooral
bij lagere geluidsvolumes. De onderlinge
beïnvloeding tussen de verschillende
wisselfiltersekties wordt namelijk verminderd en
bovendien kan voor elk frequentiegebied de
meest optimale kabel worden gekozen.
Gebruik tussen versterker en luidsprekers kabels
met een zo laag mogelijke serieweerstand (het
liefst minder dan 0,2 ohm heen en terug). De
kabel naar de hoogeenheid moet bovendien ook
een lage inductie hebben anders wordt het hoog
verzwakt. Uw B&W-leverancier kan u hierbij
adviseren: de beste kabel hangt namelijk af van
de te gebruiken lengte.
AFREGELEN
Voordat u de installatie gaat afregelen moet u
nogmaals de polariteit en stevigheid van de
aansluitingen kontroleren.
Plaats de luidsprekers in eerste instantie op de
meest redelijke plaats en beluister ze dan enkele
dagen. Als het geluid nog niet helemaal bevalt,
verschuift u de luidsprekers telkens een klein
stukje tot het meest optimale resultaat is bereikt.
Als het laag te sterk is, kunt u de luidsprekers
verder van de muur plaatsen. Omgekeerd, als
het laag te zwak is, zet u de luidsprekers dichter
bij de muur. Meer ruimte achter de luidsprekers
geeft trouwens ook een betere ‘dieptewerking’
vooral bij zeer goed opgenomen muziek.
Wilt u het laag verminderen zonder de
luidsprekers verder van de muur te verschuiven:
plaats dan de schuimplastic pluggen in de
poortopeningen (figuur 4).
Een onevenwichtige laagweergave wordt
meestal veroorzaakt door sterke resonanties in
de luisterruimte. Zelfs een kleine verschuiving van
de luidsprekers heeft dan een hoorbaar effekt op
de weergavekwaliteit omdat zodoende andere
resonanties worden geaktiveerd. Het laag zal in
het algemeen gelijkmatiger zijn wanneer de
afstanden tot de twee dichtstbijzijnde muren
ongelijk zijn. Een afstandsverhouding van 1 : 3
voor die twee muren kan uitstekende resultaten
geven. Probeer de luidsprekers ook eens voor
een andere muur te plaatsen. Zelfs het
verschuiven van enkele grotere meubels kan
invloed hebben.
Als het stereobeeld te vaag is, zet de
luidsprekers dan minder ver uit elkaar of richt ze
meer naar binnen: precies op of net vóór de
luisterpositie (figuur 2b).
Als het geluid te ‘scherp’ is, kunt u meer zachte
materialen in de luisterruimte aanbrengen (zoals
bijvoorbeeld dikkere gordijnen). Is het geluid
echter te dof, dan moet u juist zachte materialen
verwijderen.