D – 7
File name : HDB0R100721_Dutch_text_100426.doc
version : 10/04/26
Om alle tekens te wissen, kunt u in beide modi gewoonweg op [ AC ]
drukken.
Foutieve invoer weergeven
Wanneer er een ongeldige rekenkundige bewerking wordt
uitgevoerd dan zal er een foutmelding ( Zie < Foutmeldingen > )
verschijnen en zal de cursor u tonen waar de fout is. Druk op [] of
[] om de cursor te verplaatsen en maak de nodige verbeteringen
alvorens de bewerking opnieuw uit te voeren. Zie voorbeeld 3.
De herhaalfunctie
De herhaalfunctie (Replay) slaat bewerkingen op die het laatst
uitgevoerd werden in de COMP modus. Nadat de bewerking is
uitgevoerd kunt u op de [ T ] of [ S ] toets drukken om de bewerking
vanaf het begin of het einde weer te geven.
U kunt de cursor verder verplaatsen door op [ W ] of [ X] te drukken
en zodoende kunt u vorige invoerstappen weergeven en waarden of
opdrachten bewerken voor latere uitvoer.
De bewerkingen in het geheugenregister worden gewist wanneer u
de rekenmachine uitschakelt, op de [ ON ] toets drukt, het opnieuw
instellen " reset " uitvoert, of het weergaveformaat of de
bewerkingsmodus verandert.
Wanneer het geheugen vol is zullen de oudste bewerking en
automatisch gewist worden en vervangen worden door nieuwe. Zie
voorbeeld 4.
Berekeningen met het geheugen
Geheugenvariabele
De rekenmachine heeft zeven geheugenvariabelen voor
herhaaldelijk gebruik -- A, B, C, D, M, X, Y. U kunt een werkelijk
getal in de zeven geheugenvariabelen opslaan. Zie voorbeeld 5.
• [ 2nd ] [ STO ] + [ A ] ~ [ D ], [ M ], [ X ] ~ [ Y ] slaat de waarden op
in de variabelen.
• [ RCL ] + [ A ] ~ [ D ], [ M ], [ X ] ~ [ Y ] vraagt de waarde van de
variabele op.
• [ 0 ] [ 2nd ] [ STO ] + [ A ] ~ [ D ], [ M ], [ X ] ~ [ Y ] verwijdert de
inhoud van een opgegeven geheugenvariabele.
• [ ALPHA ] + " geheugenvariabele " plaatst de toepasselijke
variabelen in een bewerking.
• [ 2nd ] [ CLR ] [ 2 ] [ = ] verwijdert alle variabelen.
Actief geheugen
U moet de volgende regels in acht nemen wanneer u het actief
geheugen gebruikt. Zie voorbeeld 6.
• Druk op [ M+ ] om een resultaat aan het actieve geheugen toe te
voegen. De " M " indicator zal op het scherm verschijnen wanneer
er een getal in het geheugen opgeslagen is. Druk op [ RCL ] [ M ]
om de waarde in het actief geheugen op te vragen.