51
®
NEDERLANDS
Uw luchtfi ltereenheid installeren
1. Neem uw luchtfi ltereenheid uit de doos en uit de beschermende plastic zak.
2. Plaats uw QuietFlo® luchtfi ltereenheid op een stevige, vlakke vloer.
3. Open het voorrooster van de eenheid alvorens de luchtfi ltereenheid ‘aan’ te schakelen.
• Voor modellen 36095: Het voorrooster kan worden geopend door uw vingers
achter de lipjes te plaatsen en ze naar voren te trekken. (Raadpleeg Afbeelding 1.)
• Voor model 36127: Het voorrooster kan worden geopend door de knoppen
op de zijkant in te drukken totdat het rooster gemakkelijk over de knoppen
heen schuift. (Raadpleeg Afbeelding 2.)
4. Verifi eer of het op voorhand correct geïnstalleerde HEPA-fi lter nog steeds stevig in
de eenheid zit. Om het te verwijderen, grijpt u de rand van het fi lterkader en trekt
u die naar voren. Let op de oriëntatie van de kleppen en de dichting die stevig in
de fi lteropening moeten gedrukt zijn.
5. Het koolstof-voorfi lter is in het voorrooster gemonteerd met een klittenband. Veri-
fi eer of het de roostergleuven bedekt. (Raadpleeg Afbeelding 3.)
6. Kleef het fi lterinstallatieplakkertje op de binnenrand van het voorrooster. Omcirkel
de maand en noteer het installatiejaar van het voorfi lter en het HEPA-fi lter.
7. Monteer het fi lter en voorrooster opnieuw. Breng hiervoor eerst de lipjes op de
onderzijde van het rooster op hun plaats en duw vervolgens op de bovenzijde van
het rooster totdat het vastzit. De eenheid kan nu worden gebruikt. OPMERKING:
Deze eenheid zal pas werken wanneer het rooster in zijn juiste positie zit.
8. Steek de stekker van de eenheid in een contact van 220~240V.
ONDERDELEN VAN DE LUCHTFILTEREENHEID