OPNAMEFUNCTIES NE 21
FOCUS |
|
| Handmatig scherpstellen | ||
|
|
|
| ||
SNAPSHOT |
| OPMERKING: |
| ||
|
|
| |||
|
| Als u de zoeker gebruikt, zou u “De zoeker verstellen” | |||
MMENU/VOL. |
| ||||
|
| 1 Houd de blokkeerknop op de | Terwijl u scherpstelt | ||
|
| op een verafgelegen | |||
Blokkeerknop |
| onderwerp | |||
| 2 Druk op FOCUS. De |
| |||
|
|
| |||
|
| aanduiding voor handmatig |
| ||
|
| scherpstellen verschijnt. |
| ||
| 3 Om scherp te stellen op een |
| |||
| verder verwijderd onderwerp, |
| |||
|
|
| |||
|
| draait u de draaiknop MMENU/ | Aanduiding handmatig | ||
|
| VOL. naar “+”. De aanduiding | |||
|
| scherpstellen | |||
Automatisch scherpstellen |
| “ | ” verschijnt en knippert. | ||
|
| ||||
|
|
|
| ||
(“Autofocus”– AF) |
| Als u wilt scherpstellen op een | Terwijl u scherpstelt op | ||
|
| dichtbijgelegen onderwerp, | een dichtbijgelegen | ||
Dankzij het Full Range AF- |
| draait u de draaiknop MMENU/ | onderwerp | ||
| VOL. naar |
| |||
systeem kunt u continu opnames |
|
| |||
| “ | ” verschijnt en knippert. |
| ||
maken (gaande van |
|
| |||
|
|
|
| ||
(minimale afstand slechts 5 cm tot |
| Teruggaan naar automatisch |
| ||
het onderwerp) tot oneindig). |
| scherpstellen |
| ||
In de onderstaande situaties kan |
| Druk tweemaal op FOCUS of |
| ||
het echter voorkomen dat het | Scherpstellings- | stel de |
| ||
scherpstellen niet automatisch | Als u FOCUS eenmaal indrukt, | Aanduiding handmatig | |||
detectiezone | |||||
lukt. (Gebruik in die gevallen |
| wordt de camcorder weer in de | scherpstellen | ||
| scherpstellingsaanpassings- |
| |||
● Als twee onderwerpen elkaar binnen hetzelfde beeld | stand gezet. |
| |||
overlappen. |
| OPMERKINGEN: |
| ||
● Als er te weinig licht is.* |
|
| |||
● Als het onderwerp te weinig contrast heeft (verschil tussen | ● Zorg dat u de lens in de maximale macrostand scherpstelt | ||||
licht en donker), bijvoorbeeld een vlakke, effen muur of een |
| wanneer u handmatig scherpstelt. Als u in de | |||
helderblauwe lucht.* |
|
| breedhoekstand op een onderwerp scherpstelt, is het niet | ||
● Als een donker voorwerp nauwelijks zichtbaar is op het |
| mogelijk om scherpe beelden te krijgen wanneer u inzoomt, | |||
|
| omdat de scherptediepte kleiner wordt bij langere | |||
● Als een beeld hele kleine patronen of identieke, zich |
| brandpuntsafstanden. |
| ||
herhalende patronen bevat. |
| ● Als u niet verder of dichterbij kunt scherpstellen, gaat “ ” | |||
● Als het beeld blootstaat aan zonnestralen of licht dat |
| of “ ” knipperen. |
| ||
weerkaatst via een grote hoeveelheid water. |
|
|
|
●Als u een beeld met een contrastrijke achtergrond filmt.
* De volgende waarschuwingen voor te laag contrast knipperen: , , en
OPMERKINGEN:
●Als de lens vegen of vuil bevat, is nauwkeurig scherpstellen ook niet mogelijk. Houd de lens dan ook schoon.
( blz. 34) Als zich condensvorming voordoet, veegt u het condens met een zachte doek weg of wacht u tot het op natuurlijke wijze is opgedroogd.
●Als u een onderwerp filmt dat zich dicht bij de lens bevindt, moet u eerst uitzoomen. ( blz. 10) Als in de autofocusstand is ingezoomd, is het mogelijk dat automatisch wordt uitgezoomd als de afstand tussen camcorder en onderwerp dit vereist. Dit gebeurt niet als “TELE MACRO” is ingesteld op “ON”. ( blz. 15)