Geluid aanpassen

U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.

01 ¡

 

 

 

5

 

1

2

 

1 SEL

 

Selecteer de functie die u wilt aanpassen.

 

 

Indicatie

 

Doel:

Bereik

BAS

Bastonen aanpassen

–6 (min.) tot +6 (max.)

(bas)

 

 

 

TRE

Treble aanpassen

–6 (min.) tot +6 (max.)

(treble)

 

 

 

FAD

Evenwicht tussen voor- en

R6 (alleen achterin) tot

(faden)*

achterspeakers aanpassen

F6 (alleen voorin)

BAL

Evenwicht tussen linker- en

L6 (alleen links) tot

(balans)

rechterspeaker aanpassen

R6 (alleen rechts)

LOUD

De lage en hoge tonen worden

ON (geactiveerd) —

(Loudness)

versterkt voor een goed

OFF (uitgeschakeld)

 

gebalanceerd geluid bij weergave

 

 

met een laag volume.

 

VOL

Het volume aanpassen

00 (min.) tot 50 (max.)

(volume)

 

 

 

Opmerking:

*Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet u FAD op “00” zetten (midden).

2

Pas het niveau aan.

Druk op de + toets om de loudness-functie te activeren en druk op - om deze functie uit te schakelen.

Opmerking:

Normaal gesproken werken de toetsen + en – als volumeregelaars. U hoeft “VOL” dus niet te selecteren als u het geluidsniveau wilt aanpassen.

18