6Gebruik testflitsen om de flitser te controleren.

De testflitsprocedure hangt af van de gebruikte camera. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de camera voor meer informatie.

Als het testflitsen mislukt, wijzigt u de positie van de camera, de flitser of het onderwerp.

7Controleer of de ingebouwde flitser en de flitser volledig geladen zijn en druk op de sluiterknop om de foto te nemen.

De kanaalinstelling wijzigen

Als er vlakbij een andere draadloze flitser wordt gebruikt, zoals op een fotosessie, kan uw flitser afgaan door het lichtsignaal van de ingebouwde flitser van een andere camera. Dit voorkomt u door het kanaal als volgt te wijzigen.

1Zorg dat de draadloze flitserlampjes "CH1" en "CH2" allebei uit zijn.

Als ze branden, drukt u op de toets voor draadloos flitsen om ze uit te schakelen.

2Druk drie seconden op de toets voor draadloos flitsen.

Na drie seconden wordt het kanaal gewijzigd en verandert het lampje van de kanaalindicator.

3Bevestig de flitser op de camera en druk de sluiterknop gedeeltelijk in.

Deze handeling zendt de kanaalinformatie van de flitser naar de camera.

Toepassingen

Wordt vervolgd op de volgende pagina

33