Deskmaster 125Deskmaster 125
8
Deze standaard meldtekst luidt als volgt: “Sorry, I can’t answer your call now. Please leave
your message after the beep tone.” U kan echter deze standaard meldtekst wissen en een
persoonlijke meldtekst één inspreken. Hetzelfde geldt voor meldtekst 2.
MELDTEKSTEN 1 EN 2 OPNEMEN
1. Zet het antwoordapparaat op “Antwoordfun ctie met in spreekmogelijkheid”
door 1,5 sec. op de Aan-toets te drukken tot An 1 of An 2 op het display
zichtbaar is.
2. Houd de Meldteksttoets ingedrukt en begin de meldtekst in te spreken zodra u
de bieptoon hoort. Meldtek sten één en twee mogen maximaal één minuut
duren. Het display geeft de opnametijd weer van 0 tot 59. Als de teller op 59
komt, hoort u een korte bieptoon en wordt de opname beëindigd.
3. Laat de Meldteksttoets los zodra de meldtekst ingesproken is.
4. Zodra u de Meldteksttoets loslaat, laat het toestel ter bevestiging de meldtekst
horen.
MELDTEKSTEN 1 EN 2 CONTROLEREN
1. Zet het antwoordapparaat op “Antwoordfun ctie met ins preekmogelijkheid”
door 1,5 sec. op de Aan-toets te drukken (An1 of An 2).
2. Druk op de meldteksttoets en de meldtekst wordt afgespeeld.
3. Als er geen meldtekst opgenomen is, hoort u de standaard meldtekst : “Sorry,
I can’t answer your call now. Please leave your message after the beep tone.”
4. Druk op STOP om het afspelen stop te zetten.
MELDTEKSTEN 1 EN 2 WISSEN
1. Zet het antwoordapparaat op “Antwoordfun ctie met ins preekmogelijkheid”
door 1,5 sec. op de Aan-toets te drukken (An 1 of An 2).
2. Druk op de Meldteksttoets en de meldtekst wordt afgespeeld.
3. Druk op de Wistoets terwijl de meldtekst afgespeeld wordt.
4. Het toestel wist de meldtekst en zegt: “Announcement erased” .
5. De standaard meldtekst,1 of 2, komt in de plaats.
5.2.2. MELDTEKST 3
Als u u w antwoordapparaat op “Antwoordfunctie zonder inspreekmogelijkheid”
zet, zonder eerst een meldtekst 3 te hebben ingesproken, hoort u: “Please record
announcement”.
7

5. WERKING ANTWOORDAPPARAAT

5.1. TWEE ANTWOORDFUNCTIES

U kan 3 meldteksten opnemen: 2 voor de antwoordfunctie m et inspreekmo-
gelijkheid en één voor de “Antwoordfunctie zonder inspreekmogelijkheid”.
ANTWOORDFUNCTIE MET INSPREEKMOGELIJKHEID
Als het antwoordapparaat op “Antwoordfunctie met inspreekmogelijkheid” staat,
zal het na een aantal beltonen opnemen en meldtekst 1of 2 laten horen. Terwijl
de meldtekst afspeelt, staat ‘on’ op het display. D e meldtekst word t gevolgd
door een lange bieptoon, waarna de opbeller een boodschap kan inspreken. Als
de maximale opnametijd voor de boodschap (60 seconden) verstreken is, hoort
de opbeller “End of messages” en wordt de verbinding verbroken.
ANTWOORDFUNCTIE ZONDER INSPREEKMOGELIJKHEID
Als het antwoordapparaat op “Antwoordfunctie zonder inspreekmogelij kheid”
staat, z al het n a een aant al beltonen opnemen en meldtekst 3 laten horen.
Terwijl de meldtekst afspeelt, staat ‘on’ op het displ ay. Na de meldtekst ver-
breekt het antwoordapparaat de verbinding.
Als er geen meldtekst 3 opgenomen is, beantwoordt het antwoordapparaat geen
oproepen als het op “antwoordfunctie zonder inspreekmogelijkheid” staat.
DE GEWENSTE ANTWOORDFUNCTIE SELECTEREN
1. Druk gedurende 1,5 sec. op de Aan-toets, al naargelang welke antwoord-
functie u wil selecteren (ongeacht of het antwoorda pparaat aa n- of u it-
geschakeld is). An 1 en An 2 zijn met opnamemogelijkheid en An 3 zonder
opnamemogelijkheid.
2. Druk nog eens kort op de Aan-toets om de antwoordfunctie uit te schakelen.
Het toestel zegt “Answer off” en de aan/uit led is uit.

5.2. MELDTEKSTEN

5.2.1. MELDTEKSTEN 1 EN 2
Het a ntwoordappa raat heef t een standaard meldteks t, meldt ekst één, om
oproepen mee te beantwoorden als er geen meldtekst ingesproken is of als de
ingesproken meldtekst gewist is na een stroomo n d e r b r e k i n g.