Afdrukopties aanpassen
Afdrukopties aanpassen
Afdrukopties instellen
Het
Afdrukvoorkeuren selecteren in Windows
Printervoorkeuren gelden voor al uw afdruktaken, tenzij u ze voor een specifieke taak overschrijft. Als u bijvoorbeeld meerdere pagina's per vel afdrukken wilt gebruiken voor de meeste afdruktaken, stelt u deze optie in bij de printerinstellingen.
1.Klik op Start.
2.Selecteer een van de volgende opties:
In Windows 98/Me/NT4.0/2000 klikt u achtereenvolgens op Instellingen en Printers.
Voor Windows XP/Server 2003 selecteert u Printers en faxen.
3.Klik met de rechtermuisknop op het pictogram voor uw printer:
In Windows 98/Me selecteert u Eigenschappen.
In Windows 2000/XP/Server 2003 selecteert u Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
In Windows NT4.0 selecteert u Standaardwaarden document.
4.Selecteer de gewenste opties op de tabbladen van het stuurprogramma. Zie de tabel “Afdrukopties van
5.Klik op de knop OK om uw selecties op te slaan.
Eigenschappen selecteren voor een specifieke taak
Als u voor een specifieke taak speciale instellingen wilt gebruiken, moet u de instellingen van het stuurprogramma wijzigen voordat u de taak naar de printer zendt. Als u bijvoorbeeld een bepaalde afbeelding wilt afdrukken met de, dan moet u deze instelling in het stuurprogramma selecteren voordat u de taak afdrukt.
1.Open het document of de afbeelding in de overeenkomstige toepassing en open het dialoogvenster Afdrukken.
2.Selecteer de Phaser 3500 printer en klik op de knop Eigenschappen of Voorkeursinstellingen om het printerstuurprogramma te openen.
3.Selecteer de gewenste opties op de tabbladen van het stuurprogramma. Zie de tabel “Afdrukopties van
4.Klik op de knop OK om uw selecties op te slaan.
5.Druk de taak af.
Phaser® 3500 laserprinter
14