27
Nederlandse
Deep Edit
Alle parameters van de geselecteerde patch kunnen worden veranderd. Samen met de mogelijkheid een
ander soort effecttype te selecteren kunt u met deze functie uw eigen patches maken.
qDruk op de [STORE/EXIT] toets.
“PRESS[STORE]1sec” zal verschijnen in de onderste helft van het display.
*
Als u op [STORE/EXIT] drukt wanneer er een voorgeprogrammeerde patch (Preset) is geselecteerd, zal het correspon-
derende gebruikersgeheugennummer (User Patch) automatisch worden geselecteerd om de gegevens onder op te slaan.
wDruk kort op de ON/OFF toets (binnen één seconde loslaten).
U bent nu in de Deep Edit functie en het display ziet eruit zoals hieronder afgebeeld.
*Als u ON/OFF langer dan 1 seconde ingedrukt houdt, zult u de Name Edit functie inschakelen (→ Handleiding:
bladzijde 148).
eGebruik de +/– toetsen om het parameter insteldisplay te selecteren.
De parameters voor de geselecteerde patch staan vermeld op verschillende pagina’s (schermen).
Met de “+” en “–“ toetsen kunt u naar volgende, respectievelijk vorige schermen bladeren.
*Raadpleeg de aparte “Effectenlijst” voor meer informatie over de parameters voor individuele effecten.
U01:DIST1
PRESS[STORE]1sec
0EDIT-KNOB0TYPEŸ
؇KNB1fiKNB2áKNB3
Deep Edit pictogram
ÿEDIT-PRM:02/07Ÿ
؇MID0fiTRE0áPRE0
of
Deep Edit pictogram
ÿEDIT-PRM:03/07Ÿ
؇VOL0fiSTE0áBASF
Parameter
Gebruik de knoppen onder het
display om de ingestelde
waarde te wijzigen.
Deep Edit pictogram
Dit pictogram geeft aan dat er hiervoor nog een
pagina bestaat.
Met “–“ kunt naar een voorgaande pagina gaan.
Dit pictogram geeft aan dat er hierna nog een
pagina bestaat.
Met “+“ kunt naar een volgende pagina gaan.
Parameter insteldisplay pagina
Hier ziet u pagina 3 van 7
ÿEDIT-PRM:02/07Ÿ
؇MID0fiTRE0áPRE0
ÿEDIT-PRM:04/07Ÿ
؇MIDFfiTREFáPREF
Vorige pagina Volgende pagina