Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
Patroonvariatie (secties)
Het instrument beschikt over een grote verscheidenheid aan stijlsecties die het u mogelijk maken de arrangementen van de begeleiding te variëren om ze zo passend te maken voor de song die u speelt.
Intro | Main A/B |
Eindsectie | Auto fill |
●INTRO-sectie
Dit wordt gebruikt voor het begin van de song
Als het intro is afgespeeld, gaat de begeleiding door met de hoofdsectie.
De lengte van het intro (in maten) is verschillend en afhankelijk van de geselecteerde stijl.
●MAIN-sectie
Dit wordt gebruikt voor het spelen van het hoofdgedeelte van de song. Er wordt een begeleidingspatroon gespeeld dat wordt herhaald tot er een andere sectieknop wordt ingedrukt. Er zijn twee variaties op het basispatroon (A en B) en het afspeelgeluid van de stijl verandert harmonisch, gebaseerd op de akkoorden die u met uw linkerhand speelt.
●
Deze sectie wordt automatisch toegevoegd voordat secties A en B worden gewijzigd.
●Eindsectie
Dit wordt gebruikt voor het einde van de song. Als de eindsectie is afgespeeld, stopt de automatische begeleiding automatisch. De lengte van de eindsectie (in maten) is verschillend en afhankelijk van de geselecteerde stijl.
1
2
Druk op de knop [STYLE] en selecteer een stijl.
Zet de automatische begeleiding aan.
Druk op de knop [ACMP ON/OFF].
Verschijnt als automatische begeleiding is aangezet.
3 Zet SYNC START aan.
Druk op de knop [SYNC START].
41 |