Nederlands
De kleur van het pictogram van het hulpprogramma geeft de status van uw draadloze verbinding aan: rood als de verbinding is verbroken, geel als de verbinding van redelijke kwaliteit is en groen als de verbinding van goede kwaliteit is.
Problemen oplossen
In deze procedure komt een aantal problemen met het draadloze netwerk aan bod:
1.Controleer de fysieke kabelverbindingen tussen alle netwerkapparaten: het access point (indien gebruikt), de router en de modem.
2.Controleer of de stopcontacten waarop deze netwerkapparaten zijn aangesloten naar behoren functioneren.
3.Controleer de lampjes op de netwerkapparaten om na te gaan of deze stroom ontvangen en of deze naar behoren functioneren.
4.Als er problemen met de verbinding zijn, dient u uw DSL- of kabelmodem opnieuw op te starten en te wachten totdat de juiste lampjes gaan branden. Start vervolgens uw router opnieuw op en wacht totdat de juiste lampjes gaan branden. Start daarna uw access point (indien gebruikt) opnieuw op en wacht totdat de juiste lampjes gaan branden. Start tot slot uw computer opnieuw op.
Mogelijk moeten de andere apparaten die op de router zijn aangesloten de netwerkverbinding opnieuw tot stand brengen.
5.Sommige elektronische apparaten, zoals 2,4 GHz- en 5,8 GHz- telefoons en magnetrons, kunnen invloed hebben op het draadloze signaal en daarmee op het draadloze bereik en de kwaliteit van de verbinding. Probeer een draadloze verbinding op een ander kanaal tot stand te brengen.
37