26
Videobeelden optimaliseren
Als het videoapparaat correct is aangesloten en beeld te zien is, kunt u het beeld
optimaliseren met de schermmenu’s. Zie pagina 27 voor algemene informatie over
de menu’s.
In het menu Standaardbeeld past u symmetrie, contrast, helderheid of tint aan
(pagina 28).
Verander de beeldverhouding. Kies de optie die het beste past bij het gebruikte
ingangsignaal (pagina 28).
Kies een instelling voor de scherpte (pagina 28).
Pas de kleurtemperatuur aan. Kies een warmtewaarde uit de lijst (pagina 29).
Zet Overscan aan om ruis in de randen van het beeld weg te halen.
De projector aanpassen
U kunt de projector aanpassen aan uw specifieke opstelling en wensen.
Zie pagina 30 tot pagina 31 voor details over deze functies.
Om te projecteren op de achterzijde van een scherm, gebruikt u de optie
Achter projecteren in het menu Inst.
Als de projector aan het plafond is gemonteerd, gebruikt u de optie
Plafondmontage in het menu Inst.
Geef op welke ingang eerst gecontroleerd wordt op actieve video door de
projector bij opstarten.
Geef de functie aan van de Custom-toets op de afstandsbediening.
Schakel de schermmeldingen van de projector in of uit.
Zet energiebesparende functies aan.
Geef blanco schermkleuren en opstartlogo’s op.
Geef de taal van de menu’s aan.
Bewaar instellingen van het actieve signaal als voorkeur.