30
Inst-menu
Taal: voor het kiezen van een schermtaal.
Custom-toets: hiermee kunt u een andere functie toekennen aan de Custom-toets,
zodat u snel en eenvoudig een functie kunt gebruiken. Markeer een functie en druk
op Select om een andere functie te kiezen.
Leeg scherm: geeft een leeg scherm weer.
Dempen: schakelt al het geluid uit.
Formaat : schakelt tussen 4:3, 16:9 en Eigen (zie pagina 12 en pagina 28).
Ingang: bladert door alle beschikbare ingangen.
Auto beeld: stelt de projector opnieuw in op de ingang (pagina 24).
Beeld stoppen: pauzeert het geprojecteerde beeld.
Inganginfo: het standaardeffect. Er wordt een venster met informatie over
projector in ingang weergegeven.
Projectorinfo: opent een venster met informatie over de projector.
Overscan: verwijdert ruis rond het beeld.
Stroom aan: Als deze functie aan staat, wordt de projector automatisch
ingeschakeld zodra er stroom wordt geleverd. Zo kan een projector die aan het
plafond is gemonteerd via een wandschakelaar worden ingeschakeld.
Auto tijd uit: schakelt de projector automatisch uit als gedurende een vooraf
ingesteld aantal minuten geen signaal wordt gedetecteerd. Als voordat de projector
wordt uitgeschakeld een signaal is gedetecteerd, wordt beeld weergegeven.
Schermbev tijd: maakt automatisch het scherm leeg met een zwart beeld als
gedurende een vooraf ingestelde tijd geen signaal wordt gedetecteerd. Het beeld
keert terug als een actief signaal is gedetecteerd of als een toets op
afstandsbediening of projectorpaneel wordt ingedrukt.
Lamp bijna op: in- of uitschakelen. Inschakelen om de lamp zachter te zetten.
Hierdoor wordt ook de ventilatorsnelheid lager, waardoor de projector stiller is.
Insch.geluid: Bepaalt of de projector een geluid maakt bij in- en uitschakelen.
Auto-bron: Als deze functie is ingeschakeld, zoekt de projector automatisch de
geactiveerde ingang, waarbij eerst wordt gezocht op de Ing. aanzetten. Als deze
functie uit staat, kiest de projector standaard de ingang die is gekozen bij Ing.
aanzetten. U kunt een andere ingang kiezen door handmatig eentje te kiezen door op
de Source-toets op projector of afstandsbediening te kiezen.
Ing. aanzetten bepaalt op welke ingang tijdens inschakelen het eerste wordt
gezocht op actieve video.
Videostandaard: als dit is ingesteld op Auto, probeert de projector automatisch de
videostandaard te kiezen, gebaseerd op het ingangsignaal dat wordt ontvangen. (De
opties van videostandaard zijn afhankelijk van uw regio.) Als de projector niet de
juiste standaard kan detecteren, kunnen de kleuren verkeerd worden weergegeven
of kan het beeld “scheuren” vertonen. Als dit gebeurt kiest u handmatig de
videostandaard door NTSC, PAL of SECAM te kiezen in het menu Videostandaard.
Plafondmont.: keert het beeld ondersteboven voor projectie vanaf het plafond.
Achter projecteren: draait het beeld om zodat u een doorzichtig scherm van
achteren kunt projecteren.
Pc-schermbev. uit: schakelt de schermbeveiliging van de computer uit. De
projector moet op de pc zijn aangesloten via een usb-kabel, anders werkt deze
functie niet.
Opstartscherm: hiermee kunt u tijdens opstarten en als geen signaal wordt
gedetecteerd, een leeg scherm weergeven in plaats van het standaardscherm.
Inst-menu