Met
1 Vervolgens de Spanningsschakelaar y op ” terwijl u de vergrendeltoets t ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
2 Druk op NIGHT 9 zodat de
•De sluitertijd wordt automatisch ingesteld om een maximaal 30 keer hogere gevoeligheid te verkrijgen.
•“A” verschijnt naat “ ” 2 wanneer de sluitertijd automatisch wordt geregeld.
Om
..... dient u nog een keer op NIGHT 9 te drukken
zodat de
OPMERKINGEN:
●Wanneer
•Sommige functies van “Programma AE met speciale effecten” ( blz. 16).
•“GAIN UP” van CAMERA Menu( blz. 22).
•“DIS” van MANUAL Menu( blz. 22).
●Bij gebruik van de
Programma AE met speciale effecten
1 Vervolgens de Spanningsschakelaar y op ” terwijl u de vergrendeltoets t ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
2 Druk MENU/VOLUME $ in. Het Menuscherm verschijnt.
3 Verdraai de MENU/VOLUME keuzeschijf $ en kies “ PROGRAM AE”. Druk de keuzeschijf in.
4 Verdraai de MENU/VOLUME keuzeschijf $, kies de gewenste functie en druk vervolgens de keuzeschijf in. Hiermee is deze instelling afgesloten. Druk de MENU/ VOLUME keuzeschijf $ nog eens in. Het Menuscherm sluit.
•Het PROGRAM AE menu verdwijnt en de geselecteerde functie zal worden ingeschakeld. De indicator voor de geselecteerde functie zal verschijnen.
Om de gekozen functie uit te schakelen . . .
..... kies “OFF” (uit) bij stap4.
BELANGRIJK
Sommige functies van de Programma AE met speciale effecten kunnen niet worden gebruikt met bepaalde
NE
OPMERKINGEN:
●U kunt het programma AE met speciale effecten zowel tijdens opname als opnamestandby veranderen.
●Sommige functies van de Programmabelichting met speciale effecten kunnen niet worden gebruikt wanneer
SHUTTER
1/50: De sluitertijd is op 1/50ste seconde gesteld. De zwarte balk die normaliter verschijnt bij opname van een
1/120: De sluitertijd is op 1/120ste seconde gesteld. Het flikkeren bij opname met neonverlichting of een kwiklamp wordt verminderd.
SPORTS (Variabele sluitersnelheid: 1/250 – 1/4000)
Deze tijden kunt u gebruiken voor het
donkerder het beeld. Gebruik daarom uitsluitend bij een goede verlichting.
SNOW
In deze stand wordt er gecompenseerd voor onderwerpen die anders te donker worden wanneer u opnamen maakt in zeer heldere omgevingen zoals in de sneeuw.
SPOTLIGHT
In deze stand wordt er gecompenseerd voor onderwerpen die anders te licht worden wanneer u opnamen maakt met zeer sterke directe verlichting, zoals spotlampen.
OPMERKING:
“SPOTLIGHT” heeft hetzelfde effect als
TWILIGHT (Schemerlicht)
Voor een natuurgetrouwe opname van avondscènes. De witbalans ( blz. 20) wordt normaliter op gesteld. Met schemerlicht gekozen zal de scherpstelling automatisch op ongeveer 10 meter tot oneindig worden gesteld. U moet handmatig scherpstellen op onderwerpen die binnen 10 meter van de lens liggen.
SEPIA (Sepia)
Uw opname krijgen een bruinachtige gloed, netzoals bij oude foto’s. Gebruik dit effect in combinatie met de bioscoopfunctie voor een nostalgische opname.
MONOTONE (Zwart/wit)
Uw opname is zwart/wit net zoals oude films. Gebruik tezamen met de bioscoopfunctie voor een sterker effect van een nostalgische “klassieke film”.
CLASSIC FILM (Klassieke film)
De opgenomen scènes krijgen een licht stroboscoopeffect.
STROBE (Stroboscoop)
Uw opnamen zien er uit als een aantal opeenvolgende stilbeelden.
16 VOOR OPNAME