
Nederlands
Kiezen van de bron
Voor het kiezen van de bron, drukt u op CD 6, TAPE, FM/AM of AUX.•De weergave start automatisch indien u CD als bron kiest. Voor bediening van de tuner (FM of AM (MG)), zie bladzijden 10 en 11.
Voor bediening van de
Instellen van het volume
U kunt het volumeniveau uitsluitend instellen wanneer het toestel is ingeschakeld. Het volume kan op “VOL MIN”, “VOL 01” – “VOL 30” en tussen “VOL MAX” worden ingesteld.
•Het volumeniveau heeft geen invloed op een opname.
| Voor het verhogen van het volume, drukt u op | VOLUME | ||||
VOLUME + (of draait u de VOLUME regelaar |
|
|
|
|
|
op het toestel naar rechts). |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| |
|
|
|
|
| |
| Voor het verlagen van het volume, drukt u op |
|
|
|
|
|
VOLUME – (of draait u de VOLUME regelaar |
|
|
|
|
|
op het toestel naar links). |
|
|
|
|
|
•Houd een van de toetsen ingedrukt om het volume snel te veranderen.
Voor
Verbind een hoofdtelefoon met de PHONES aansluiting. Er wordt nu geen geluid meer via de luidsprekers weergegeven. Verlaag beslist het volume alvorens een hoofdtelefoon aan te sluiten of op te zetten.
Schakel het toestel NIET uit (standby) met nog een 

zeer hoog volume ingesteld; u zou anders door een
plotseling hard geluid uw gehoor, de luidsprekers en/of hoofdtelefoon kunnen beschadigen wanneer u het toestel later weer inschakelt en de weergave van een bron start.
VERGEET NIET dat u het volumeniveau niet kunt instellen wanneer het toestel standby is geschakeld.
Geleidelijk dempen
ALLEEN met de afstandsbediening:
| Druk op FADE MUTING. | MUTING |
| FADE |
Het volumeniveau wordt tot “VOL MIN” verlaagd en “MUTING” knippert op het display.
Om weer het normale volume te herstellen, drukt u nogmaals op FADE MUTING. Het volumeniveau wordt weer op het hiervoor ingestelde niveau gesteld.
•Het volume wordt tevens hersteld wanneer u het volumeniveau instelt.
Kiezen van de geluidsfuncties
U kunt een van de 4 geluidsfuncties kiezen.
•Deze functie heeft tevens effect op het geluid dat via de hoofdtelefoon wordt weergegeven.
•Deze functie heeft uitsluitend effect op de weergave en heeft dus geen invloed op een opname.
ALLEEN met de afstandsbediening:
| Voor het kiezen van de geluidsfuncties, drukt u | SOUND |
herhaaldelijk op SOUND. |
|
•Door iedere druk op de toets verandert de geluidsfunctie als volgt:
ROCK
POP CLASSIC
OFF
JAZZ 
ROCK: Een krachtig geluid waarbij de hoge en lage tonen worden benadrukt.
POP: De zang en het middenbereik wordt benadrukt.
CLASSIC: Een rijker geluid met nauwkeurige hoge tonen en voldoende lage tonen.
JAZZ: De lage frequenties worden versterkt voor weergave van jazzmuziek.
OFF: Het effect van de equalizer wordt geannuleerd.
De SOUND indicator licht op het display op wanneer een geluidsfunctie is geactiveerd.
Instellen van de toon (Lage/Hoge tonen)
U kunt het niveau van de lage frequenties (bass) en de hoge frequenties (treble) binnen een bereik van
Bij het verlaten van de fabriek is “BASS 0” voor de lage tonen en “TREBLE 0” voor de hoge tonen ingesteld.
•De geluidsmodi kunnen alleen bij afspelen worden gebruikt, niet bij opnemen.
•De volgende stappen moeten binnen een bepaalde tijd worden uitgevoerd. Start opnieuw vanaf stap 1 indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1 | Druk éénmaal op BASS/TREBLE om | BASS/ | |||
TREBLE | |||||
|
|
| de lage tonen in te stellen of druk |
|
|
|
|
|
|
| |
|
|
| tweemaal op BASS/TREBLE voor het |
|
|
|
|
| instellen van de hoge tonen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2 | PRESET UP | ||||
Druk op PRESET UP om het |
|
| |||
|
|
| niveau te verhogen of op PRESET |
|
|
|
|
|
|
| |
|
|
|
|
| |
|
|
| DOWN om het te verlagen. |
|
|
|
|
| PRESET DOWN | ||
|
|
|
|
|
|
•U kunt de functies voor het instellen van de toon en de geluidfuncties niet tegelijkertijd gebruiken. (De geluidsfunctie verandert automatisch naar “OFF” wanneer u op BASS/TREBLE drukt).
•De instelling voor de lage/hoge tonen verandert automatisch weer naar “0” wanneer u een van de geluidsfuncties kiest (zie “Kiezen van de geluidsfuncties” hierboven).
9