— 71 —
Oplossen van problemen

Vele problemen worden slechts veroorzaakt door een

verkeerde bediening of verkeerde verbindingen.

Kontroleer voordat u uw handelaar raadpleegt eerst de

volgende lijst voor een mogelijke oplossing van uw

probleem.

Algemeen

?Spanning wordt niet ingeschakeld.01
De zekering is doorgebrand.
Nadat u de kabels op kortsluiting heeft gekontroleerd moet u de
zekering door een van hetzelfde type vervangen.
Autokontakt heeft geen ACC stand.02
Verbind dezelfde kabel met het kontakt als de accukabel.
?Er gebeurt niets na het drukken op toetsen.04
De computerchip in het toestel functioneert niet normaal.
Druk op de resettoets van het toestel (blz. 58).
?Er is een geluidsbron waarnaar u niet kunt overschakelen.06
Er is geen CD geplaatst.
Plaats de geluidsdrager waarnaar u wilt luisteren. Wanneer er in
dit toestel geen geluidsdrager is geplaatst, kunt u niet
overschakelen naar elke geluidsbron.
?Het geheugen wordt gewist wanneer het kontakt wordt
uitgeschakeld.10
De accukabel is niet met de juiste aansluiting verbonden.
Sluit de kabels juist aan de hand van het gedeelte <Verbinden van
kabels met aansluitingen> (blz. 68) aan.
De kabel van het kontakt en de accu zijn niet juist verbonden.11
Sluit de kabels juist aan de hand van het gedeelte <Verbinden van
kabels met aansluitingen> (blz. 68) aan.
?Zelfs als Toonversterking ingeschakeld is, kunnen schelle tonen niet
gecompenseerd worden. 17
De Tuner is als geluidsbron geselecteerd.
Schelle tonen kunnen niet gecompenseerd worden in de functie
met Tuner als geluidsbron.
?Geen geluidsweergave of zeer laag volume.20
De instellingen van de Fader of Balans zijn altijd naar één kant
ingesteld.21
Centreer de instellingen van de Fader en de Balans.
De in- en uitgangskabels of bedradingsbundel is/zijn niet juist
verbonden.22
Sluit de in- en uitgangskabels en/of bedradingsbundel opnieuw
juist aan. Zie het gedeelte <Verbinden van kabels met
aansluitingen> (blz. 68).
?Slechte geluidskwaliteit of vervormd geluid.25
Een luidsprekerkabel wordt mogelijk afgekneld door een schroef in de
auto.
Kontroleer de bedrading van de luidsprekers.
De luidsprekers zijn niet juist aangesloten.27
Sluit de luidsprekerkabels opnieuw juist aan zodat iedere
uitgangsaansluiting met een andere luidspreker is verbonden.
?De pieptoon van de aanraaksensor wordt niet weergegeven.34
De voor-uitgangaansluiting wordt gebruikt.
De pieptoon van de aanraaksensor kan niet via de voorversterker-
uitgang gaansluiting worden weergegeven.

Tuner als geluidsbron

?Ontvangst van radio-uitzendingen is slecht.39
De auto-antenne is niet uitgetrokken.
Trek de antenne geheel uit.
De antennekabel is niet aangesloten.40
Sluit de kabel juist aan de hand van het gedeelte <Verbinden van
kabels met aansluitingen> (blz. 68) aan.
KDC-2027S_Dutch 03.9.19 0:20 PM Page 71