Aansluiten van het toestel

Aansluiten van het spanningsaansluitpunt

Gebruik altijd het los verkrijgbare, speciale rode accu- en aardedraad [RD-223]. Verbind het accudraad direct met de positieve pool (+) van de autoaccu en het aardedraad met het chassis van de auto.

1.Trek het accudraad van het motorgedeelte naar de cabine van de auto.

Sluit, nadat alle andere aansluitingen op de versterker zijn gemaakt, het accusnoer- aansluitpunt van de versterker aan op het positieve aansluitpunt (+) van de accu.

Zekering (30 A) Motor-

Interieur van

compartiment het voertuig

Zekering (30 A)

Boor een gat van

Positieve aansluiting

14 mm in de

Steek het rubberen

carrosserie van

O-vormige doorvoerbuisje

de auto.

in de carrosserie van de auto.

2.Draai het accudraad, aardedraad en systeemafstandsbedieningsdraad ineen.

Ineendraaien

3.Bevestig verbindingsstukjes aan de uiteinden van de draden. De verbindingsstukjes zijn niet bijgeleverd.

Klem de verbindingsstukjes met een tangetje aan de draden.

Verbindingsstukje

Aardingssnoer

Verbindingsstukje

Accudraad

4.Sluit de draden aan.

Zet de draden stevig met de schroeven van de aansluitingen vast.

Spannings-

GND aarde-aansluiting

aansluitpunt

Aansluiting voor

(POWER)

systeemafstandsbediening

 

Draad voor systeemafstands- bediening

Aardingssnoer

Accudraad

WAARSCHUWING

Als de accudraad niet goed wordt bevestigd aan het aansluitpunt met behulp van de schroef, kan het aansluitpunt oververhit raken, hetgeen kan leiden tot schade en letsel, met inbegrip van lichte brandwonden.

7