76
Gemakkelijk te Gebruiken FunctiesU kunt gebruik maken van MIDI instructies om geheugennummers te selecteren, de reverb, tremolo, chorus en tape echo effecten te bedienen en het
volume op de DG versterker te regelen.
Een luidspreker simulator kan ook worden aangesloten op het line out signaal.
Wat is MIDI? MIDI is de afkorting van Musical Instruments Digital Interface. MIDI is een wereldwijde communicatie standaard waarmee MIDI compatibel
muziekinstrumenten, computers en andere MIDI apparatuur muzikale informatie kunnen uitwisselen en waarmee ze elkaar kunnen bedienen,
ongeacht het instrument type of de fabrikant.
INPUT SPEAKER
LINE OUT
Power Amp
bP
Pre Amp Reverb
AP Ar
■
MIDI gebruiken om een Geheugen Op te roepen
Program changes verstuurd van een Yamaha MIDI Voetpedaal MFC10, enz.,
of een extern MIDI apparaat kunnen instellingen in het geheugen van de DG
versterker oproepen.
1. Sluit een MIDI kabel aan op de MIDI IN jack van de DG versterker en de MIDI
OUT jack van een extern MIDI apparaat.
* Gebruik alleen een standaard MIDI kabel van maximaal 15 meter.
Het gebruik van een langere kabel kan resulteren in ongebruikelijke situaties.
2. Zet het MIDI ontvangstkanaal van de DG versterker en het MIDI verstuurkanaal
van het externe apparaat op hetzelfde MIDI kanaalnummer (het in de fabriek
vooraf ingestelde kanaalnummer is 1).
→
Zie, voor instelling instructies, pagina 77 “Stel het MIDI Ontvangst-
kanaal in”.
3. Creëer een program change tabel*1. (De fabrieksinstelling is program change
nummer = geheugennummer).
→
Zie, voor instelling instructies pagina 77 “Een Program Change Ta-
bel creëren”.
*
1
Bijvoorbeeld, “het ontvangen program change nummer 1, roept het
geheugennummer 5 van de DG versterker op. Om dit tot stand te brengen,
moet het ontvangen program change nummer worden toegewezen aan het
corresponderende geheugennummer.
4. Als program geheugen data wordt verstuurd van een extern MIDI apparaat,
worden data in het corresponderende geheugen dat is toegewezen in de pro-
gram change tabel opgeroepen.
*
Controleer, voor meer instructies over het versturen van pr ogram c hange data,
de handleiding van het externe apparaat dat u gebruikt.
■MIDI gebruiken om het Volume te Bedienen
U kunt het algehele volume van de DG versterker besturen vanaf een extern
MIDI apparaat door een nummer 7 control change message (main volume)
te versturen van de MIDI OUT jack van een extern MIDI apparaat naar de
MIDI IN jack van de DG versterker. Door het aansluiten van een Yamaha
MIDI voetpedaal MFC10, enz., of een MIDI apparaat uitgerust met een voet-
pedaal, kunt u met het voetpedaal het volume tijdens het spel wijzigen. Met
de drie volgende posities, kunt u de bedieningsposities selecteren waarop
het volume gewijzigd moet worden.
• “bP” : Before Pre Amp. Bedient het volume voor de voorversterker.
• “AP” : After Pre Amp. Bestuurt het volume na de voorversterker.
• “Ar” : After REVERB: Bestuurt het volume na de reverb.
STATUS
DATA/CTRLBANK MSB/MAX
BANK LSB/MIN
TOGGLE ON-OFF
/NUMBER OF PGM DEC
/NO INC
/YES MEMORY
EDIT PC
EDIT WRITE
/EXIT
±10
8.8.8
.
DG versterker
Achterpaneel
MIDI Kabel
Extern MIDI Apparaat
MIDI IN
MIDI OUT
1. Sluit volgens de procedures 1 en 2 in het vorige “MIDI gebruiken om een Ge-
heugen Op te roepen” gedeelte het externe MIDI apparaat aan en stel het MIDI
ontvangstkanaal in.
2. Selecteer vervolgens de volume knop positie.
→
Zie, voor instructies over de instel procedure, pagina 78 “Stel het
Volume Pedaal Positie in”.
3. In deze staat, zal nummer 7 control change data die wordt verstuurd door een
extern MIDI apparaat het volume van de DG versterker besturen.
*
De DG versterker accepteert geen andere MIDI control changes dan num-
mers 7 en 91 t/m 94.
*
Zie, voor meer details over control data versturen, de gebruikershandleiding
van uw extern MIDI apparaat.
*
Zelfs als een ander geheugennummer wordt geselecteerd, wijzigt het algehele
(main) volume niet.
*
Als het apparaat wordt aangezet wordt het algehele volume op maximum ge-
zet.
*
Nadat de algehele volume data wordt gewijzigd en het externe MIDI appa-
raat wordt losgekoppeld kan het volumeniveau onvoldoende zijn. In dit geval
moet u nogmaals de volume change boodschap versturen of de versterker
uitzetten en weer aanzetten.
■MIDI gebruiken om de Reverb, Tremolo, Chorus
en Tape Echo Effecten te bedienen
U kunt de instellingen voor het Reverb niveau (Nr. 91), de Tremolo diepte
(Nr. 92), het Chorus niveau (Nr. 93) en het Tape Echo niveau (Nr. 94) wijzi-
gen door via de MIDI OUT aansluiting van een extern MIDI apparaat instruc-
ties te sturen voor het wijzigen van de betreffende instellingen naar de MINI
IN aansluiting van de DG Guitaarversterker.
1. Sluit een extern MIDI apparaat aan zoals beschreven bij de stappen 1 en 2 in
het hoofdstukje “MIDI gebruiken om een Geheugen op te roepen” op deze blad-
zijde en stel het MIDI ontvangstkanaal in.
2. IVerstuur het parameter control change nummer en de control change gege-
vens vanaf het externe MIDI apparaat om de hierboven genoemde effect-
parameters af te regelen.
*
Voor meer informatie over het versturen van control c hang e gegevens, dient u
de handleiding van uw externe MIDI apparaat te raadplegen.
■Luidspreker Simulator
De luidspreker simulator voorziet het line signaal van een realistische simu-
latie van het natuurlijke geluid van een luidspreker. De luidspreker simulator
kan worden gebruikt op het line signaal als de LINE OUT jack wordt aange-
sloten op een mixer of recorder.
→
Zie voor instelling instructies het “Luidspreker Simulator ON/OFF” ge-
deelte in deze handleiding.
DG100-212A/DG80-210A/DG80-112A/DG130HA