Video Instellingen | Bijzondere functies |
Color (kleur): deze instelling regelt de sterkte van de kleuren in het beeld en kan worden inge- steld tussen 0 en 100. Kies een instelling waarbij mensen (huidkleur) en objecten er zo natuurlijk mogelijk uitzien. Er is geen aanbevolen instelling en er is niets tegen experimenteren.
Sharpness (scherpte): de scherpte kan wor- den ingesteld van 0 tot 100. Wij raden u aan deze instelling zo laag mogelijk te houden omdat, anders dan u verwacht, een minder scherp beeld helderder overkomt. Bovendien vraagt extra scherpte ook meer videobewerking wat weer kan leiden tot verminderde synchroni- satie met het audiosignaal en visuele bijver- schijnselen. Niettemin kan het geen kwaad met deze instelling te experimenteren.
Audio Effecten
Afhankelijk van de eigenschappen van uw luis- terruimte kan het nodig zijn sommige audio- instellingen te wijzigen, zoals de klankregeling, om de prestaties te verbeteren. Deze instellingen zijn toegankelijk via het Audio Effects menu. Druk op Audio Effects op het frontpaneel of op de afstandsbediening en het menu als in afbeel- ding 21 verschijnt. Het menu is eveneens toe- gankelijk vanuit het Bronkeuze menu door op Info Settings te drukken en de regel Audio Effects te kiezen.
Opmerking: de instellingen in het Audio Effects menu hebben effect op elke bron afzonderlijk.
Afbeelding 21 – Audio Effecten Menu
Klankregeling: deze instelling bepaalt of de lage en hoge tonen regeling actief zijn. Uitgeschakeld staan de instellingen op ‘Neutraal’ of ‘recht’. Ingeschakeld kunnen de bassen en hoge tonen worden versterkt of verzwakt, afhankelijk van de instelling. Wordt een analoge bron gebruikt en is de
Treble (hoge tonen): met M/N kunt u de hoge tonen maximaal 10 dB versterken of verzwakken wat u op de thermometerschaal kunt aflezen. De standaard instelling is 0 dB in het midden van de schaal.
Bass (lage tonen): met M/N kunt u de lage tonen maximaal 10 dB versterken of verzwakken wat u op de thermometerschaal kunt aflezen. De standaard instelling is 0 dB in het midden van de schaal.
LFE Trim is voor het afzonderlijk reduceren van het subwoofer kanaal met maximaal 10 dB in stappen van 1 dB, wanneer het algemene niveau van de sub zoals ingesteld in de Speaker Setup menu’s te luid is voor een specifieke bron.
Night Mode (nachtfunctie): wordt gebruikt voor speciaal gecodeerde Dolby Digital programma’s om het signaal te comprimeren zodat de luide passages anderen niet storen en de dialoog toch verstaanbaar blijft.
•Off (uit): voor normaal afspelen.
•Half: geeft matige compressie.
•Full (volledig): biedt maximale compressie.
Wanneer u alle gewenste instellingen in het Audio Effects menu heeft gemaakt, drukt u op Audio Effects of op Terug/Verlaten om het menu weer te verlaten.
Bijzondere functies
De AVR 255/AVR 355 is voorzien van een aantal geavanceerde functies, die het apparaat extra flexibel maken. Ook al is het niet noodzakelijk om deze extra’s altijd te gebruiken, toch bieden zij vele extra keuzemogelijkheden, die u wellicht goed van pas komen.
Systeem Instellingen
De AVR 255/AVR 355 heeft systeem instellingen die de receiver gemakkelijker te bedienen maken zonder dat dit effect heeft op de prestaties. Deze instelling is toegankelijk via het Systeem Instellingen menu wat wordt gekozen door op AVR te drukken en de regel Systeem te kiezen. Druk op OK om het menu Systeem Instellingen op te roepen. Zie afbeelding 22.
Afbeelding 22 – Systeem Instellingen Menu
Front Panel Dimmer (display dimmer): sommige mensen vinden de aanwijzingen op de voorzijde tijdens het kijken hinderlijk. Op de AVR 255/AVR 355 kan de display worden gedimd en zelfs geheel worden uitgeschakeld. Wanneer de display is gedimd of gedoofd, keert de normale helderheid terug zodra een toets wordt inge- drukt, om na vijf seconden weer te dimmen of te doven. Kies ON (aan) 100%voor volledige sterk- te, gedimd 50% of 25% of kies Off (uit) om de display te doven. De verlichting in de Volume Regelaar dooft wanneer de display geheel of gedeeltelijk is gedoofd, maar de Lichtnet Indicatie blijft altijd aan ten teken dat de AVR is ingeschakeld.
Algemene Instelling AVR
Volume Units (volume eenheid): kies of u het volume in conventionele decibels wilt zien of in een numerieke schaal van 0 tot 100. Gebruikt u de decibel schaal dan is 0 dB het maximum niveau en worden lagere niveaus aangegeven in negatieve cijfers.
Volume Default en Volume Default Level (standaard volume): deze beide instellingen tezamen worden gebruikt om het volume te pro- grammeren waarmee de AVR altijd zal inschake- len. Dat voorkomt vervelende situaties als de vorige gebruiker het volume erg hoog had staan.
Schakel Volume Default in en zet dan het Volume Default Level op het gewenste startvolu- me.
38VIDEO INSTELLINGEN