6.
Blader
omlaag
naar
een
txt-bestand
met
instructies
voor
het
bijwerken
van
het
BIOS
vanuit
het
besturingssysteem.
Klik
op
het
txt-bestand.
7.
Druk
deze
instructies
af.
Dit
is
belangrijk,
omdat
deze
instructies
niet
worden
afgebeeld
nadat
het
downloaden
is
gestart.
8.
Klik
in
uw
browser
op
Vorige
om
terug
te
gaan
naar
de
lijst
van
bestanden.
Volg
de
afgedrukte
instructies
om
het
bewerkbestand
te
downloaden,
uit
te
pakken
en
te
installeren.
Herstel
na
een
fout
bij
het
bijwerken
van
POST/BIOS
Als
de
stroom
uitvalt
terwijl
POST/BIOS
wordt
bijgewerkt
(flash-update),
is
het
mogelijk
dat
de
computer
daarna
niet
juist
meer
kan
opstarten.
In
dat
geval
voert
u
de
volgende
procedure
uit
om
het
systeem
te
herstellen
(dit
wordt
wel
herstel
van
opstartblok
genoemd):
1.
Zet
de
computer
en
aangesloten
apparaten
zoals
printers,
beeldschermen
en
externe
stations
uit.
2.
Haal
de
stekkers
uit
het
stopcontact
en
verwijder
de
kap.
Zie
“De
kap
verwijderen”
op
pagina
10.
3.
Zoek
de
jumper
voor
het
wissen
van
CMOS/BIOS
op
de
systeemplaat.
Zie
“Onderdelen
van
de
systeemplaat”
op
pagina
11.
4.
Als
u
om
bij
de
jumper
voor
het
wissen
van
CMOS/BIOS
te
kunnen
adapters
moet
verwijderen,
raadpleegt
u
Adapters
installeren.
5.
Verzet
de
jumper
van
de
standaardpositie
(pennetje
1
en
2)
naar
pennetje
2
en
3.
6.
Plaats
de
kap
van
de
computer
terug.
Zie
“De
kap
terugplaatsen
en
de
kabels
aansluiten”
op
pagina
26.
7.
Steek
de
stekkers
van
de
computer
en
het
beeldscherm
in
de
stopcontacten.
8.
Plaats
de
flashdiskette
in
station
A
en
zet
de
computer
en
het
beeldscherm
aan.
9.
Nadat
het
bijwerken
is
voltooid,
gaat
het
beeldscherm
uit
en
stoppen
de
geluidssignalen.
Haal
dan
de
diskette
uit
het
diskettestation
en
zet
de
compu-
ter
en
het
beeldscherm
uit.
10.
Haal
alle
stekkers
uit
het
stopcontact.
11.
Verwijder
de
kap.
Zie
“De
kap
verwijderen”
op
pagina
10.
12.
Verwijder,
indien
nodig,
adapters
die
de
toegang
tot
de
jumper
voor
het
CMOS/BIOS
belemmeren.
13.
Plaats
de
jumper
in
de
oorspronkelijke
positie.
14.
Plaats
adapters
die
u
verwijderd
hebt
weer
terug.
15.
Breng
de
kap
weer
aan
en
sluit
de
kabels
weer
aan.
16.
Zet
de
computer
aan
en
start
het
besturingssysteem.
32
Handboek
voor
de
gebruiker