Problemen en oplossingen

Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de aangesloten apparatuur wanneer u problemen hebt met een aangesloten computer of andere apparatuur.

ProbleemControleer deze punten
Geen beeld

 

 

 

 

 

Het 1 (aan/uit) lampje brandt niet of

• Controleer of het netsnoer goed is aangesloten.

 

het 1 (aan/uit) lampje gaat niet

 

 

branden wanneer u op de 1 (aan/uit)

 

 

schakelaar drukt.

 

 

 

 

 

KABEL NIET AANGESLOTEN

• Controleer of de videosignaalkabel goed is aangesloten en of alle stekkers goed vastzitten

 

verschijnt op het scherm.

(pagina 7).

 

 

• Controleer of de pinnen van de video-ingang niet zijn verbogen of naar binnen gedrukt.

 

 

• Er is een niet-bijgeleverde videosignaalkabel aangesloten. Als u een niet-bijgeleverde

 

 

videosignaalkabel aansluit, kan KABEL NIET AANGESLOTEN op het scherm

 

 

verschijnen voordat de energiespaarstand wordt geactiveerd. Dit duidt niet op een storing.

GEEN INPUT SIGNAAL wordt weergegeven of het 1 (aan/uit) lampje is oranje.

Controleer of de videosignaalkabel goed is aangesloten en of alle stekkers goed vastzitten (pagina 7).

Controleer of de pinnen van de video-ingang niet zijn verbogen of naar binnen gedrukt.

xProblemen die worden veroorzaakt door de computer of andere apparatuur die is aangesloten en niet door de monitor

De computer staat in de energiespaarstand. Druk op een willekeurige toets op het toetsenbord of verplaats de muis.

Controleer of de grafische kaart goed is geïnstalleerd.

Controleer of de computer is ingeschakeld.

Start de computer opnieuw op.

BUITEN BEREIK verschijnt op het scherm.

xProblemen die worden veroorzaakt door de computer of andere apparatuur die is aangesloten en niet door de monitor

Controleer of het videofrequentiebereik binnen de monitorspecificaties valt. Als u een oude monitor hebt vervangen door deze monitor, moet u de oude monitor opnieuw aansluiten en de grafische kaart van de computer aanpassen aan het volgende bereik: Horizontaal: 28–80 kHz (analoog RGB), 28–64 kHz (digitaal RGB)

Verticaal: 48–75 Hz (analoog RGB), 60 Hz (digitaal RGB)

Resolutie: 1280 1024 of minder

U gebruikt Windows en hebt een oude monitor vervangen door deze monitor.

Als u een oude monitor hebt vervangen door deze monitor, moet u de oude monitor opnieuw aansluiten en de volgende procedure uitvoeren. Selecteer "SONY" in de lijst met fabrikanten en selecteer "SDM-HS75P" of "SDM-HS95P" in de lijst met "modellen" in het Windows-venster voor apparaatselectie. Als de modelnaam van deze monitor niet in de lijst met "modellen" verschijnt, moet u "Plug & Play" proberen.

Bij gebruik van een Macintosh

• Als u de Macintosh-adapter (niet bijgeleverd) gebruikt, moet u controleren of de

systeem.

 

Macintosh-adapter en de videosignaalkabel goed zijn aangesloten (pagina 7).

 

 

 

Het beeld flikkert, springt,

Pas de pitch en fase aan (alleen analoog RGB-signaal) (pagina 13).

oscilleert of is vervormd.

Probeer de monitor aan te sluiten op een ander stopcontact, bij voorkeur op een ander

circuit.

xProbleem dat wordt veroorzaakt door de computer of andere apparatuur die is aangesloten en niet door de monitor

Raadpleeg de handleiding van de grafische kaart voor de juiste instelling van de monitor.

Controleer of de grafische modus (VESA, Macintosh 19'' Color, enzovoort) en de frequentie van het ingangssignaal worden ondersteund door deze monitor. Zelfs als de frequentie binnen het juiste bereik ligt, hebben bepaalde grafische kaarten een synchronisatiepuls die te smal is om correct te worden gesynchroniseerd door de monitor.

Pas de frequentie voor vernieuwen (verticale frequentie) van de computer aan om een optimaal beeld te verkrijgen.

18