34 NE |
Een nieuwe map maken
U kunt nieuwe stilbeelden die u gaat maken, onderscheiden van reeds gemaakte stilbeelden door de bestandsnaam te veranderen in DVC00001. Deze nieuwe beelden worden in een nieuwe map opgeslagen.
1Plaats een geheugenkaart. ( blz. 17)
2Zet de schakelaar VIDEO/MEMORY op “MEMORY”.
3Druk de blokkeerknop op de
4Open het
●Het bestandstype (IMAGE,
5Als het weergavescherm voor videofragmenten
6Druk op + of – om “IMAGE” te selecteren. Druk op SET/SELECT. Het scherm voor weergave van stilbeelden (IMAGE) verschijnt.
7Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt.
8Druk op + of – om “NO. RESET” te selecteren. Druk op SET/SELECT. Het scherm NO. RESET verschijnt.
9Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren. Druk op SET/SELECT. De nieuwe map (bijvoorbeeld “101JVCGR”) wordt gemaakt en het bestand dat bij de opname hoort, begint bij DVC00001.
Bestands- en mapnamen
Elke keer dat u een opname maakt, wordt een bestandsnaam gemaakt met een nummer dat hoger is dan het grootste nummer van de in gebruik zijnde bestandsnaam. Zelfs als u een beeldbestand verwijdert dat een nummer heeft dat midden in het bereik valt, wordt dat nummer niet voor een nieuwe opname gebruikt. Er blijft een gat in de numerieke volgorde. Wanneer de bestandsnaam DVC09999 bereikt, wordt een nieuwe map (bijvoorbeeld “101JVCGR”) gemaakt en de bestandsnaamnummering begint in die map opnieuw bij DVC00001.
Afdrukinformatie instellen (instelling DPOF)
Deze camcorder is compatibel met de standaard DPOF (Digital Print Order Format) om ondersteuning te kunnen bieden voor toekomstige systemen, zoals automatisch afdrukken. U kunt een van de twee
OPMERKINGEN:
●Als u een geheugenkaart plaatst die al op de hieronder getoonde wijze is ingesteld met een printer die compatibel is met DPOF, worden automatisch afdrukken gemaakt van de geselecteerde stilbeelden.
●Als u beelden wilt afdrukken die op band zijn opgenomen, moet u ze eerst overbrengen naar een geheugenkaart. ( blz. 65)
Alle stilbeelden afdrukken (één afdruk per stilbeeld)
1 Plaats een geheugenkaart. ( blz. 17)
2 Zet de schakelaar VIDEO/MEMORY op “MEMORY”.
3 Druk de blokkeerknop op de
4 Open het
● Het bestandstype (IMAGE,
5 Als het weergavescherm voor videofragmenten
6 Druk op + of – om “IMAGE” te selecteren. Druk op SET/SELECT. Het scherm voor weergave van stilbeelden (IMAGE) verschijnt.
7 | Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. | ||||
8 | Druk op + of – om |
|
|
|
|
| “DPOF” te selecteren. |
| MENU | ||
| Druk op SET/SELECT. |
| |||
| DPOF |
| CURRENT | ||
| Het submenu |
| |||
|
|
| ALL 1 |
| |
| verschijnt. |
|
| RESET |
|
9 | Druk op + of – om |
|
| RETURN | |
|
|
|
|
“ALL 1” te selecteren. Druk op SET/SELECT.
Het scherm DPOF verschijnt.