Geluidsweergave aanpassen en opslaan

Het is mogelijk om de geluidskarakteristieken (BEAT, SOFT, POP) aan uw eigen wensen aan te passen en in het geheugen op te slaan.

Voor het uitvoeren van de onderstaande stappen geldt een tijdslimiet. Als de procedure wordt afgebroken voordat u deze hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.

1 Roep de geluidsweergave op die u wilt aanpassen.

Meer bijzonderheden over bas en treble vindt u op bladzijde 19 “Werken met aangepaste geluidsmodi (Advanced SCM)”.

SCM

NEDERLANDS

Bijv.: Als u “SOFT” aanpast.

2 Selecteer “BAS (bas)”, “TRE (treble)” of “LOUD (loudness)”.

Bijv.: Als u “TRE (treble)” aanpast

3 Pas het niveau van de bas of hoge tonen aan of schakel de geluids- sterktefunctie ON/OFF.

Zie bladzijde 18 voor meer informatie.

Het patroon op de indicator voor de equalizer verandert wanneer u de weergave van lage of hoge tonen aanpast.

4 Herhaal stap 2 en 3 als u nog andere items wilt aanpassen.

5 Druk op SCM en houd deze ingedrukt tot de geluidsmodus van uw keuze op de display knippert.

SCM

De wijziging van de geselecteerde geluidsbesturingsmodus wordt nu in het geheugen opgeslagen.

6 Herhaal deze procedure als u andere geluidsmodi wilt opslaan.

De fabrieksinstellingen herstellen

Herhaal de procedure en ken de

fabrieksinstellingen toe. U vind deze in de tabel op bladzijde 19.

20