6. Flitssynchronisatie

6. Flitssynchronisatie

Afhankelijk van het type camera zijn verschillende soorten flitssynchronisatie mogelijk. Hoe de verschil- lende soorten flitssynchronisatie op de camera moeten worden ingesteld, vind u in de gebruiksaan- wijzing van de camera.

6.1 Normale synchronisatie

Deze functie wordt door alle TTL-camera’s onder- steund en hij is geschikt voor de meeste flitsopna- men. Bij de normale flitssynchronisatie wordt automatisch naar de flitssynchronisatietijd van de camera omgeschakeld. Afhankelijk van het type camera zijn daarbij tijden van tussen 1/30 s en 1/250 s gebruikelijk. Details vindt u in de gebruiksa- anwijzing van de camera.

6.2 Synchronisatie bij lange belichtingstijden

Sommige camera’s beschikken over bepaalde belichtingsprogramma’s voor flitssynchronisatie bij lange belichtingstijden.

Flitsopnamen bij zwakke verlichting leiden met korte belichtingstijden ( normale flitssynchronisatieijd ) vaak tot te fel verlichte onderwerpen tegen een te donkere achtergrond. Bij synchronisatie met lange belichtingstijd staat het hele bereik tot 30 s ter beschikking, waarmee u de achtergrond beter kunt laten uitkomen, omdat bij langere belichtingstijden de basishelderheid van het onderwerp door het omgevingslicht duidelijk wordt verhoogd. Gebruik een statief, om cameratrilling te vermijden. Details vindt u in de gebruiksaanwijzing van de camera.

x

77

Page 77
Image 77
Metz 28 AF-4 N Flitssynchronisatie, Normale synchronisatie, Synchronisatie bij lange belichtingstijden