81
Bij gebruik van , of wordt deze functie
automatisch opge-heven en wordt de decimaal
correcte uitkomst op de ingestelde decimaalpositie
afgedrukt.
AFRONDINGSKEUZESCHAKELAAR:
”: De uitkomst wordt altijd naar boven afgerond.
“5/4”: De uitkomst wordt naar boven of beneden
afgerond.
”: De uitkomst wordt altijd naar beneden
afgerond.
Opmerking: Het decimaalteken ‘drijft’ bij opeenvol-
gende berekeningen waarbij of
gebruikt wordt.
Als de decimaal-keuzeschakelaar op “F” staat, wordt
de uitkomst altijd naar beneden ( ) afgerond.
EINDTOTAAL-KEUZESCHAKELAAR:
“GT”: Eindtotaal
”: Neutraalstand
OPSLAGTOETS:
Deze toets wordt gebruikt om de omrekenings-
factor of het belasting/kortingtarief op te slaan.
Omrekeningsfactor:
Voer de omrekeningsfactor in en druk dan
op .
Maximaal kunnen er 6 cijfers worden
opgeslagen (het decimaalteken wordt niet als
een cijfer geteld).
Belasting/kortingtarief:
Voer het belastingtarief in en druk dan op
.
Om een kortingtarief in te voeren, drukt u op
voordat u op drukt.
Maximaal kunnen er 4 cijfers worden
opgeslagen (het decimaalteken wordt niet als
een cijfer geteld).
Opmerking: Er kan een aparte waarde voor de
omrekeningsfactor en het belasting/
kortingtarief worden opgeslagen. Als
u een nieuwe waarde invoert, komt
de vorige waarde te vervallen.
PAPIERTOEVOERTOETS
CORRECTIETOETS VOOR LAATSTE
CIJFER
EINDTOTAALTOETS
INVOER-WISSEN TOETS
03.10.9, 9:05 AM81