CD

Zie pagina 12 voor informatie over het aansluiten van een CD/MD-wisselaar.Displayitems

A

Radio

Zenders opslaan en ontvangenLet opAls u afstemt op zenders tijdens het rijden, moetude BTM-functie (Best Tuning Memory) gebruiken om ongelukken te vermijden.

B

ABron, Klok*1

BGroepsnummer/tracknummer/verstreken speelduur, naam van disc/artiest, groepsnaam, tracknaam, tekstinformatie*2

*1 Wanneer de klokstand op "on" staat (pagina 12). *2 Wanneer u een MP3 afspeelt, wordt ID3 tag

weergegeven en wanneer u een ATRAC CD afspeelt, worden tekstgegevens weergegeven die met SonicStage, enzovoort zijn geschreven.

Als u displayitems wilt wijzigen B, drukt u op (DSPL) op de kaartafstandsbediening. Wilt u displayitems schuiven B, dan drukt u op (SCRL) of stelt u "A.Scroll-on" in (pagina 12).

Tip

De weergegeven items zijn afhankelijk van het disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie pagina 15 voor meer informatie over MP3 en pagina 16 voor meer informatie over ATRAC CD's.

Herhaaldelijk en willekeurig afspelen

1Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op (1) (REP) of (2) (SHUF) tot de gewenste instelling wordt weergegeven.

Selecteer ActieRepeat-TrackTrack herhaaldelijk afspelen.Repeat-Group* Groep herhaaldelijk afspelen.SHUF-Group* Groep in willekeurige volgorde afspelen.SHUF-DiscDisc in willekeurige volgorde afspelen.

*Bij het afspelen van een MP3/ATRAC CD.

Als u wilt terugkeren naar de normale weergavestand, selecteert u "Repeat-off" of "SHUF-off".

Automatisch opslaan — BTM

(Met de kaartafstandsbediening)

1Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "TUNER" wordt weergegeven.

Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of LW selecteren.

2Druk op (MENU) en herhaaldelijk op M of m tot "BTM" wordt weergegeven.

3Druk op (ENTER).

Het apparaat slaat de zenders in de volgorde van frequentie op onder de cijfertoetsen.

Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling is opgeslagen.Handmatig opslaan

1Als u de zender ontvangt die u wilt opslaan, houdt u een cijfertoets ((1) tot en met (6)) ingedrukt tot "MEM" wordt weergegeven.

De aanduiding voor de cijfertoets verschijnt in het display.

Opmerking

Als u een andere zender opslaat onder dezelfde cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender vervangen.

Tip

Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/ TA-instelling ook opgeslagen (pagina 9).

De opgeslagen zenders ontvangen

1Selecteer de band en druk vervolgens op een cijfertoets ((1) tot en met (6)) of (GP/PRESET) –/+.

Automatisch afstemmen1Selecteer de band en druk vervolgens op (SEEK) +/– om de zender te zoeken.

Het zoeken stopt zodra een zender wordt ontvangen. Herhaal deze procedure tot de gewenste zender wordt ontvangen.

8