NL | NL |
10 |
| Tip | U moet nu met de koptelefoon vrij van kamer naar kamer kunnen gaan, zonder een storing |
| Deze aanduiding brandt rood, wanneer de koptelefoon ingeschakeld en standby is. |
| van de ontvangst. Wanneer het signaal afbreekt of gestoord is, draaid u opnieuw aan het |
| Bij optimale |
| |
| niet, dan moet u eerst de batterijen opladen. |
| ontvangst over zeer grote afstanden wordt het signaal langzamerhand zwakker. U herkent |
11 | Batterijlaadbus |
| dit aan het feit dat het ruisen toeneemt en dat uw geluidssignaal nauwelijks nog te horen is. |
| Aansluitbus voor de batterijlaadkabel. |
| Als er eventueel sprake is van storingen door andere apparaten of door interferenties, |
12 | Batterijvak |
| kies dan bij de zender een andere frequentie (A3) en herhaal de stappen 4.2.2. tot 4.2.3 |
| In dit vak worden de meegeleverde |
|
|
4 | Aansluiten/In gebruik nemen van de componenten | 5 | Accu`s | ||
5.1 | Opladen van de meegeleverde accu’s | ||||
4.1 | Zender | ||||
| 1. | De set FMH 6050 bevat 2 in dit apparaat oplaadbare accu’s (micro - AAA), die voor | |||
| 1. Netdeel voor zender (C) |
|
| het gebruik opgeladen moeten worden. | |
| Sluit de stroomvoorzieningskabel aan op de daarvoor aangebrachte bus (A5) aan de |
| 2. | Schakel eerst de koptelefoon uit. (B7). | |
| achterkant van de zender. Steek nu het netdeel in het stopcontact |
| 3. | Verbind de oplaadkabel van de accu met de oplaadbus van de zender (A5) en van de | |
| 2. Aansluiten op de audiobron |
|
| koptelefoon | |
| Indien uw audiobron uitgerust is met een klinkerbus (b.v. voor koptelefoon), gebruik |
|
| (B11). De oplaadindicatie van de accu aan de zender (A2) brandt groen. | |
| dan de meegeleverde audiokabel (E). Verbind een uiteinde van de kabel met de kop |
| 4. | Voor de eerste ingebruikneming moeten de accu’s circa 14 uur opgeladen worden. | |
| telefoonbus en de |
|
| Na dit eerste oplaadproces zijn de accu’s na circa 8 uur volledig opgeladen. Pas na | |
| Wanneer de klinkerstekker te klein is voor de koptelefoonbus, kunt u de adapter (G) |
|
| het derde oplaadproces bereiken de accu’s hun volle capaciteit en zodoende ook de | |
| van 3,5 mm naar 6,35 mm klinkerstekker gebruiken. |
|
| opgegeven bedrijfsduur. | |
| Wanneer uw |
| Verzorgingstip | ||
| kunt u met behulp van de |
| |||
| daarbij op dat de kleuren van stekker en bus overeenkomen (rechts = rood, links = wit). |
| Voor een perfecte verzorging van uw accu’s moet u deze ca. één keer per maand opladen | ||
| De gebruikte aansluitkabels (b.v. audiokabels) mogen niet langer zijn dan 3 meter. |
| resp. ontladen met een | ||
|
|
| van het huis Vivanco aan. Deze apparaten zorgen bij regelmatig gebruik voor een langere | ||
| 3. Schakel nu uw audiobron (TV, |
| levensduur van uw accu’s. | ||
| audiosignaal afgeeft. | 5.2 | Gebruik van accu’s of batterijen | ||
| Bij gebruik van regelbare hoofdtelefoonbussen erop letten dat het signaal voldoende | ||||
| (ca. middelste stand) wordt versterkt. |
| De radiokoptelefoon kan ook werken met in de handel gebruikelijke AAA microaccu’s of | ||
| De zendfunctie wordt aangeduid met de rood oplichtende |
| |||
Tip |
|
| microaccu’s met de ingebouwde oplaadfunctie is echter niet mogelijk. | ||
De zender schakelt automatisch uit, wanneer gedurende een langere periode geen audio- |
| 1. | Schakel de koptelefoon eerst uit (B7). | ||
| signaal wordt uitgezonden resp. het ingangssignaal te klein is. Bij hernieuwde audio- |
| 2. | Open het accuvak (B12). | |
| signaaltransmissie schakelt de zender automatisch weer in. |
| 3. | Vervang dan de accu’s. Let daarbij op de opgave van de polariteit op de bodem van | |
|
|
|
| het accuvak. |
4.2 | Koptelefoon als ontvanger | |
| 1. | Schakel de koptelefoon in (B7) en let op de |
|
| rood, dan is uw draadloze koptelefoon gereed voor gebruik. Wanneer deze |
|
| aanduiding niet brandt, dan moet u eerst de batterijen van de koptelefoon opladen |
|
| (zie hoofdstuk 5.1). |
| 2. | Zet de de volumeregelaar (B8) in een middelste stand een en zet de koptelefoon op. |
|
| Allereerst draait u het |
|
| merkt. Dan draait u het |
|
| richting, tot u een helder en duidelijk geluidssignaal (spraak of muziek) hoort. Uw |
|
| koptelefoon is nu op de vooraf door u op de zender (hoofdstuk 4.1.) ingestelde |
|
| zendfrequentie (A3) ingesteld. Bij optimale fijnafstemming op de zender gaat de |
|
| standby (B10) groen branden. |
| 3. | Ga met de koptelefoon op ongeveer 3 meter afstand van de zender staan. Bij storing |
|
| of andere zenders draait u opnieuw aan het |
| 4. | Na gebruik schakelt u de |
Verwijderen van de batterijen en accu’s
Verwijder de batterijen of accu’s op milieuvriendelijke wijze. Batterijen of accu’s horen niet in de vuilnisbak. Gebruik geen oude en nieuwe batterijen of verschillende batterijtypen tegelijkertijd.
36 | 37 |