89Utiliteitsfunctie
De Utiliteitsfunctie biedt instellingen voor het crossover filter en voor
MIDI. Deze instellingen worden bewaard wanneer u de Utiliteitsfunctie
verlaat en ook wanneer het toestel vervolgens uit wordt gezet.

Openen van de Utiliteitsfunctie

Om de Utiliteitsfunctie te openen moet u in elke willekeurige andere
stand de [FUNCTION] toets tenminste 3 seconden ingedrukt houden,
tot utL op het display verschijnt.
INPUT TUNER
OUT
SPEAKER
Eerste versterker (HPF 500 Hz)
Tweede versterker (LPF 500 Hz)
SPEAKER
Produceert
de frequen-
ties boven
500Hz.
Produceert
de frequen-
ties t/m
500Hz.
* Zet INPUT LEVEL
op 0 (min.).
INPUT
Bas * Op h50 gezet
met de COMP
knop.
* Op L50 gezet met
de COMP knop.
Gedetailleerde parameter-instellingen

Crossover filter

Door twee BBT500H's aan te sluiten op de manier zoals aangegeven
op de afbeelding hieronder, kunt u een dubbel versterkersysteem ma-
ken, waarin de ene versterker de hoge tonen aanstuurt en de tweede
de lage.Dit systeem maakt gebruik van het in de versterker ingebouwde
crossover filter (LPF of HPF) om het toonbereik te bepalen dat elk van
de versterkers zal weergeven.

Instellen van het crossover filter

1 Houd de [FUNCTION] toets tenminste drie seconden ingedrukt
(tot utL op het display verschijnt) om de Utiliteitsfunctie in
te schakelen.
2 Verdraai de COMP knop om de cutoff (afkap) frequentie voor
het crossover filter in te stellen.
* Range of cutoff frequency
L10 (LPF 100 Hz) t/m L00 (LPF 1000 Hz), byP (Bypass;
schakeling wordt gepasseerd)
h10 (HPF 100 Hz) t/m h00 (HPF 1000 Hz), in 93 stappen

Bij gebruik van een dubbel versterker-

systeem moet u ervoor zorgen dat de IN-

PUT LEVEL knop op de tweede BBT500H op

“0” (min.) staat.

Vb.) Hieronder ziet u een dubbel versterkersysteem waarin het
crossover filter van de eerste versterker is ingesteld op h50
(HPF (Hoog doorlaatfilter) 500 Hz) om de frequenties daar-
boven te verwerken, terwijl het crossover filter van de tweede
versterker is ingesteld op L50 (LPF (Laag doorlaatfilter) 500
Hz) om de daaronder gelegen frequenties te verwerken.

Hoe de knoppen werken in de Utiliteitsfunctie

In de Utiliteitsfunctie werken alleen de INPUT LEVEL, OUTPUT en
COMP knoppen. Alle andere knoppen (SOUND TYPE, GAIN - TREBLE)
doen niets.
INPUT LEVEL: Stelt het ingangsniveau in.
OUTPUT: Stelt het uitgangsniveau is.
Wanneer de COMP knop wordt gebruikt (bij het instellen van het cross-
over filter), zal de ingestelde waarde worden getoond op het display.
Verder verschijnt alleen de melding utL op het display.
Gebruik de [MANUAL] toets en de Geheugentoetsen [1] t/m [5] om indi-
viduele MIDI instellingen in te stellen. ( [MIDI instellingen] blz. 90)

weq

Individuele MIDI
instellingen
Wanneer de COMP knop wordt gebruikt (bij het
instellen van het crossover filter), zal de ingestelde
waarde worden getoond op het display.
Verder verschijnt alleen de melding utL op het
display.