H A N D L E I D I N G • C 4 5
2.Stel de hartslag
3.Kies met het keuzewiel de gewenste zwaarte van de sessie in, uitgedrukt in tijd, afstand of energieverbruik. Bevestig uw keuze door het keuzewiel in te drukken.
4.Stel de streefwaarde voor de sessie in met het keuzewiel: tijd
5.Begin uw sessie door de pedalen te bewegen. Met het keuzewiel kunt u de hartslag
6.Wanneer de streefwaarde van de training gehaald is, geeft de monitor een geluidssignaal. U kunt dan echter als u wilt gewoon doorgaan met de training.
7.Om de trainingsessie te beëindigen drukt u op de knop BACK/STOP. U kunt de sessie vervolgens afsluiten door de optie EXIT te kiezen, de sessie opslaan in het geheugen door SAVE AND EXIT te kiezen of doorgaan met uw trainingssessie door CONTINUE te kiezen.
TARGET EFFORT
Door het programma TARGET EFFORT te kiezen, kunt u de gewenste inspanningswaarde in watt instellen. Hierbij wordt de inspanning om de pedalen te bewegen onafhankelijk van de pedaalslagen. De ingestelde inspanningswaarde kan ook tijdens de training worden gewijzigd.
1.Kies TARGET EFFORT.
2.Stel het inspanningsniveau
3.Kies met het keuzewiel de gewenste zwaarte van de sessie in, uitgedrukt in tijd, afstand of energieverbruik. Bevestig uw keuze door het keuzewiel in te drukken.
4.Stel de streefwaarde voor de sessie in met het keuzewiel: tijd
5.Begin uw sessie door de pedalen te bewegen.
U kunt de weerstand
6.Wanneer de streefwaarde van de training gehaald is, geeft de monitor een geluidssignaal. U kunt dan echter als u wilt gewoon doorgaan met de training.
7.Om de trainingsessie te beëindigen drukt u op de knop BACK/STOP. U kunt de sessie vervolgens afsluiten door de optie EXIT te kiezen, de sessie opslaan in het geheugen door SAVE AND EXIT te kiezen of doorgaan met uw trainingssessie door CONTINUE te kiezen.
PROGRAMS
Het soort van trainingen die de Program funstie heeft zijn persoonlijk op zichzelf staande trainingen. Vaste of zelf samen te stellen
trainingsprofielen. Keuzetoets PROGRAMS laat u voorgeprogrammeerde trainingsprofielen gebruiken en wijzigen.
1.Kies PROGRAMS.
2.Kies een programma met het keuzewiel. De profielen P1 t/m P5 zijn wattgeregelde programma’s en P6 t/m P10 zijn hartslagprogramma’s die hartslagmeting vereisen. Bevestig uw keuze door het keuzewiel in te drukken.
3.Kies met het keuzewiel de gewenste zwaarte van de sessie in, uitgedrukt in tijd of afstand. Bevestig uw keuze door het keuzewiel in te drukken.
4.Stel de streefwaarde voor de sessie in met het keuzewiel: tijd
5.Start het programma door de pedalen te bewegen. U kunt de weerstand vergroten of verkleinen met het keuzewiel. Tijdens de training kunt u de inspanning of hartslag weergeven met behulp van het keuzewiel. Om de hartslag te kunnen weergeven, moet deze worden gemeten.
6.Wanneer de streefwaarde van de training gehaald is, geeft de monitor een geluidssignaal. U kunt dan echter als u wilt gewoon doorgaan met de training.
7.Om de trainingsessie te beëindigen drukt u op de knop BACK/STOP. U kunt de sessie vervolgens afsluiten door de optie EXIT te kiezen, de sessie opslaan in het geheugen door SAVE AND EXIT te kiezen of doorgaan met uw trainingssessie door CONTINUE te kiezen.
PROFIEL P1. Intensiviteitsprofiel met drie pieken voor verbetering van de zuurstofopname. De pieken duren vrij lang, maar met de instestelde waarden het profiel is geschikt voor beginners. Met de vooraf ingestelde waarden, de gemiddelde inspanning is 98 watt, de piek inspanning is 125 watt.
P1 Rolling Hills
| 225 |
| 200 |
| 175 |
Watt | 150 |
125 | |
100 |
75
50
Duration
PROFIEL P2. Intensiviteitsprofiel met drie pieken voor verbetering van de zuurstofopname. De pieken zijn vrij kort. Het profiel is geschikt voor beginners. Met de vooraf ingestelde waarden, de gemiddelde inspanning is 102 watt, de piek inspanning is 150 watt.
P2 Hill Climb
| 225 |
| 200 |
| 175 |
Watt | 150 |
125 | |
100 | |
| 75 |
50
25
0
Duration
4 0