Inhoudstafel
1.Lees deze tekst voor u
| begint! | 15 |
2. | Veiligheidsvoorschriften | 15 |
2.1Voorgeschreven gebruik van
het systeem | 15 |
2.2Algemene
| veiligheidsvoorschriften | 15 |
2.3 | Symbolen op het apparaat | 16 |
3. | Bedieningsfuncties | 16 |
4. | Bedrijfsvoorbereiding | 16 |
4.1 | Opstellen | 16 |
5. | Bediening | 16 |
5.1 | Elektrodelassen | 16 |
5.2 | 16 | |
5.3 | Het apparaat uitschakelen | 17 |
6. | Onderhoud | 17 |
7.Beschikbare accessoires... 17/31
8. | Reparatie | 17 |
9. | Milieubescherming | 17 |
10. | Storingen | 17 |
11. | Problemen oplossen | 17 |
12. | Technische gegevens | 18 |
1.Lees deze tekst voor u begint!
Deze gebruiksaanwijzing werd zo ver- vaardigd, dat u snel en veilig met uw toe- stel kunt werken. Hier een kleine wegwij- zer hoe u deze gebruiksaanwijzing dient te lezen:
−Lees deze gebruiksaanwijzing vóór de ingebruikneming geheel door. Let hierbij vooral op de veiligheidsin- structies.
−Deze gebruiksaanwijzing richt zich aan geschoolde lichtbooglassers of aan vakkrachten met soortgelijke kwalificatie.
−Bewaar alle met het apparaat gele- verde documenten op, opdat u zich bij behoefte kunt informeren. Bewaar het koopbewijs voor even- tuele garantiegevallen op.
−Indien u het apparaat eens uitleent of verkoopt, geef dan alle meegele- verde apparaatdocumenten mee.
−Voor beschadigingen die door ver- onachtzaming van deze gebruiks- aanwijzing ontstaan, overneemt de fabrikant geen aansprakelijkheid.
De informaties in deze gebruiksaanwij- zing zijn als volgt gekenmerkt:
Gevaar!
Waarschuwing voor lichamelijk letsel of milieuschade.
Gevaar voor elektrische schok!
Waarschuwing voor lichamelijke letsel door elektrische schok.
Oppassen!
Waarschuwing voor materiële schade.
Opmerking:
aanvullende informaties.
−Getallen in afbeeldingen (1, 2, 3, ...)
−kenmerken afzonderlijke delen;
−zijn doorlopend genummered;
−refereren naar de desbetref- fende getallen in haakjes (1), (2),
(3)... in de naburige tekst.
−Instructies, waarbij op de volgorde moet worden gelet, zijn doorgenum- merd.
−Instructies met willekeurige volgorde zijn met een punt gekenmerkt.
−Lijsten zijn met een streep geken- merkt.
2. Veiligheidsvoorschriften
2.1Voorgeschreven gebruik van het systeem
Het lasapparaat is bedoeld voor het las- sen van alle metalen.
Het lasapparaat en de bijbehorende las- plaatsuitrusting beantwoorden bij uitle- vering aan de gebruikelijke bepalingen.
Het lasapparaat is bedoeld voor gebruik door opgeleide booglasser of vakmen- sen met een gelijkaardige kwalificatie.
Toegelaten lasmethoden:
−Elektrodelassen
−TIG DC (met optionele accessoires) voor alle metalen met uitzondering van aluminium.
Toestelgegevens zie "Technische gege- vens".
Elke andere toepassing geldt als onreglementair en is verboden.
Door onreglementair gebruik, verande- ringen aan het apparaat of door het gebruik van onderdelen die niet door de fabrikant werden gekeurd en vrijgege- ven, kunnen niet te voorziene beschadi- gingen ontstaan!
2.2Algemene veiligheids- voorschriften
•Let bij de gebruik van dit apparaat op de volgende veiligheidsinstruc- ties, om gevaren voor personen of materiële schade te vermijden.
NEDERLANDS
•Houd rekening met de bijzondere veiligheidsinstructies in de desbe- treffende hoofdstukken.
•Houd rekening met de wettelijke richtlijnen of ongevallenpreventie- voorschriften voor de omgang met
BGevaar!Elektrische spanning
•De machine mag uitsluitend in droge ruimten gebruikt worden.
•Sluit het apparaat uitsluitend aan op een stroombron, waarvan de beveili- gingsinrichtingen correct functione- ren.
In geval van twijfel neemt u contact op met een elektromonteur!
•Reparaties en ingrepen in de appa- ratuur mogen uitsluitend door elek- tromonteurs uitgevoerd worden.
•Koppel het apparaat van de netvoe- ding, alvorens het te openen.
AGevaar!
•Draag tijdens het lassen in elk geval voldoende beschermende kledij.
•Gebruik in elk geval een lasschild en veiligheidshandschoenen.
Zo beschermt u zich tegen rondvlie- gende vonken en de vlamboogstra- ling.
•Alle metaaldampen zijn schadelijk! Zorg dat bij laswerkzaamheden in gesloten ruimten steeds voldoende ventilatie en afzuiging is, zodat de maximaal toegelaten concentraties van schadelijke stoffen op de werk- plek niet overschreden worden.
De dampen van lood, cadmium, koper, chroom, nikkel, zink en beryl- lium zijn bijzonder gevaarlijk!
A Oppassen!
•Las nooit lasmateriaal dat geaard is. Zo vermijdt u eventuele beschadi- ging van de beschermingsleiding door zwerflasstromen (potentiaallus- vorming).
•Gebruik het lasapparaat nooit voor het ontdooien van pijpen.
•Bevestig de klem van de lasstroom- retourleiding steeds rechtstreeks op het lasmateriaal en zo dicht mogelijk bij het laspunt.
•Draag het lasapparaat steeds aan de draaggordel als u het transpor- teert.
•Wees bijzonder voorzichtig, wan- neer u met het apparaat in de buurt
van computers, elektronisch gestuurde installaties of in de buurt van magnetische gegevensdragers zoals geluidscassettes, diskettes,
gegevensbanden, betaalkaarten etc. werkt.
15