Opmerkingen en waarschuwingen

Opladen

opmerking

Als u de batterij tijdens het opladen oververhit raakt, kan het opladen langer duren.

Wanneer er niet automatisch wordt opgeladen, gaat u als volgt te werk:

––Schakel de stroomschakelaar (aan de onderkant van de robotstofzuiger ) uit en vervolgens weer in.

––Trek de stekker van de oplader uit het stopcontact en steek deze er vervolgens weer in.

––Controleer of er zich vuil op de oplaadcontactpunten bevindt en reinig de robotstofzuiger en de oplaadcontactpunten van de oplader met een droge doek of lap.

––Controleer of er zich obstakels, zoals reflecterende objecten en stoelen in de buurt van de oplader bevinden.

Als de robotstofzuiger niet wordt aangesloten op de oplader, lopen de batterijen vanzelf leeg.

––Probeer de robotstofzuiger opgeladen te houden aan de oplader. (Schakel de stroomschakelaar uit en trek de stekker van de oplader uit het stopcontact als u het huis voor langere tijd verlaat, bijvoorbeeld als u op vakantie of op zakenreis gaat.)

Tijdens het gebruik

opmerking

Om de robotstofzuiger te gebruiken moet de stroomschakelaar zijn ingeschakeld. Als u de stroomschakelaar is uitgeschakeld, worden alle instellingen opnieuw ingesteld.

Ga niet in de buurt van de werkende Robot Vacuum liggen.

––Uw haar kan verstrikt raken tussen de zuigborstel en de zijborstel wat lichamelijk letsel tot gevolg heeft.

De robotstofzuiger kan tijdens het reinigen achter drempels enz. blijven steken.

––Als u de werkzaamheden opnieuw wilt starten, schakelt u de stroomschakelaar uit, verplaatst u de robotstofzuiger naar een gebied waar deze zich gemakkelijk kan verplaatsen en schakelt u het apparaat weer in.

De robotstofzuiger kan moeilijk te bereiken plaatsen, zoals hoeken en de ruimte tussen de muur en de bank niet volledig reinigen.

––Gebruik een ander reinigingsmiddel om deze locaties regelmatig te reinigen.

De robotstofzuiger kan geen grote stukken vuil opzuigen. Het is dus mogelijk dat er vuil op de vloer achterblijft nadat deze is gereinigd.

––Gebruik een ander reinigingsmiddel om deze locaties regelmatig te reinigen.

Bijlagen

31