AV-modus

Menubediening

Andere menu-onderdelen

Sommige handige functies zijn meteen beschikbaar door middel van indrukken van de toegewezen toetsen op de afstandsbediening.

AV-modus

De AV-modus biedt vijf instellingen om de weergave op het beeldscherm aan te passen aan de omgeving, om op deze wijze te compenseren voor factoren zoals de verlichting in de kamer, het type programma dat weergegeven wordt of het type beeld dat vanaf de externe apparatuur wordt

ontvangen.

1

Druk op AV MODE.

STANDAARD

 

• Het AV-modus menu

ZACHT

2

wordt weergegeven.

ECO

 

Druk op AV MODE of a/

DYNAMIEK

 

 

b terwijl het AV-modus

GEBRUIKER

menu op het scherm wordt weergegeven.

• Terwijl u de instellingen doorloopt, zal het resultaat meteen op het beeldscherm worden weergegeven. U hoeft niet op OK te drukken.

Beschikbare instellingen

STANDAARD: Voor een goed gedefi neerd beeld in een normaal verlichte kamer. (Verbeterd beeldcontrast: Ingeschakeld)

ZACHT: Voor een zachter beeld. (Verbeterd beeldcontrast: Ingeschakeld)

ECO: Voor het verminderen van het stroomverbruik. (Verbeterd beeldcontrast: Uitgeschakeld)

DYNAMIEK: Voor een scherp beeld met een sterk contrast, bijv. bij weergave van sportprogramma's. (Verbeterd beeldcontrast: Ingeschakeld)

GEBRUIKER: Voor het aanpassen van de instellingen door de gebruiker. U kunt de gewenste instelling voor elke ingangsbron apart kiezen. (Verbeterd beeldcontrast: Uitgeschakeld)

OPMERKING

U kunt de fabrieksinstellingen afstellen die gegeven zijn in “STANDAARD”, “ZACHT”, “ECO” en “DYNAMIEK”.

U kunt een andere AV-modus toewijzen aan elke externe ingangsbron.

De functie voor verbeterd beeldcontrast detecteert de beeldeigenschappen van de programmabron en past op gelijkmatige wijze de helderheid van het scherm daaraan aan, om zo een dieper zwartniveau te verkrijgen.

De functie voor verbeterd beeldcontrast wordt geactiveerd wanneer u de OPC-functie uitschakelt voor de onderdelen “STANDAARD”, “ZACHT” en “DYNAMIEK” in de AV- modus.

Statusdisplay

Druk op p om het statusdisplay een paar seconden te laten verschijnen.

2 ZDF

Mono

13:51

• Op de bovenste regel ziet u de naam van het programma. Zie blz. 21 om de instellingen voor het

22statusdisplay aan uw wensen aan te passen.

INGANGSBRON

Gebruik het INGANGSBRON scherm om de externe apparatuur te selecteren/controleren die op de aansluiting(en) aan de achterkant

van de TV is aangesloten.

1

Om te kijken naar beelden

 

INGANGSBRON

 

 

 

 

 

 

 

van externe AV-apparatuur,

TV

 

 

DTV

 

 

drukt u op b. (Blz. 10)

 

 

 

 

 

• Druk nog een keer op b om

EXT1

 

 

het INGANGSBRON scherm

EXT2

 

 

te sluiten.

EXT3

 

2

Druk op a/b om de

EXT4

 

 

 

 

bijbehorende aansluiting te

EXT5

 

 

selecteren en druk dan op

EXT6

 

 

OK.

 

 

OPMERKING

Als een AQUOS LINK-compatibel apparaat aangesloten op EXT 5 of 6 model-specifi eke gegevens naar de TV stuurt, zal de naam van het apparaat worden aangegeven.

Stilstaand beeld

U kunt een bewegend beeld op het beeldscherm stilzetten.

1Druk op 3.

2Druk nog een keer op 3 om het stilstaand beeld te verlaten.

OPMERKING

Deze functie is soms niet beschikbaar afhankelijk van de toestand van het signaal.

OPC

Voor het automatisch instellen van de helderheid van het scherm.

Druk op OPC van de afstandsbediening om de OPC optische beeldregeling in en uit te schakelen.

OPMERKING

Als “Aan” is ingesteld, zal de TV op basis van de sterkte van het omgevingslicht automatisch de helderheid van de achtergrondverlichting instellen. Controleer of er geen voorwerp voor de OPC sensor is, want anders kan de sensor het omgevingslicht niet goed meten.

Bij de fabrieksinstellingen wordt OPC actief wanneer u “ECO” selecteert voor de AV-modus.

OPC wordt uitgeschakeld wanneer de “Achtergr.vl” instelling wordt gewijzigd.

OPC kan afgesteld en teruggezet worden voor elke afzonderlijke AV-modus.

Page 24
Image 24
Sharp LC-52XL1S operation manual Andere menu-onderdelen, AV-modus, Statusdisplay, Stilstaand beeld