Tefal UW APPARAAT WERKT NIET. WAT NU, (B), (M), (B), (C), (M), (B), (C), (F), (G), (H), (I), (Q), (F), (I), (D of E), PROBLEMEN, OPLOSSINGEN

UW APPARAAT WERKT NIET. WAT NU?		NL
PROBLEMEN	OPLOSSINGEN
Het apparaat start niet	- Controleer of alle onderdelen correct zijn gemonteerd.
	- Controleer of de stekker in het stopcontact zit.
	- Controleer of het deksel (B) goed is vergrendeld.
Het apparaat valt tijdens het	- Druk op de aan/uit-schakelaar (M) om het apparaat uit
draaien stil: het rode	te zetten.
controlelampje knippert	- Controleer of het deksel (B) goed is vergrendeld.
	- Zet het apparaat opnieuw aan. Als de beveiliging
	opnieuw aanspringt, haalt u het apparaat uit elkaar,
	maakt u het schoon en zet u het opnieuw aan.
	- Controleer of de schroef (C) niet geblokkeerd is.
Het apparaat valt stil: het	- Dit is een veiligheidsuitschakeling. Laat het apparaat
witte controlelampje knippert	enkele minuten afkoelen, maak het schoon en druk op
	de aan/uit-schakelaar (M) om het opnieuw aan te
	zetten.
De ingrediënten worden niet	- Maak het apparaat schoon: was, spoel en droog het
goed geperst	deksel (B), de persschroef (C), de filter (D of E), het
	lipje voor droge residuen (F), de kom (G), de schaal
	(H), de antilektuit (I) en de opvanger voor droge
	residuen (Q).
	- Controleer of het lipje voor droge residuen (F) goed op
	de filter is geplaatst (afdekking van de uitgang voor
	droge residuen) en in goede staat verkeert.
Lekproblemen	- Controleer of alle onderdelen correct gemonteerd zijn,
	en vooral of de antilektuit (I) naar beneden staat
	(sapdoorstroming).

49