MGE UPS Systems Galaxy 3000 manual Veiligheidsregels, Veiligheid van personen

Page 3

Veiligheid

Veiligheidsregels

Veiligheid van personen

De UPS moet worden geïnstalleerd in een ruimte die beperkt toegankelijk is (alleen geautoriseerd personeel, volgens norm EN50091-1-2).

De UPS heeft zijn eigen interne energiebron (batterij). De uitgangen van de UPS kunnen dus onder spanning staan, zelfs als hij niet op de netspanning is aangesloten.

Gevaarlijke spanning aanwezig binnen de UPS. Alleen te openen door gekwalificeerd personeel.

De UPS moet verplicht geaard worden.

De bij de UPS geleverde batterij bevat een geringe hoeveelheid giftige stoffen.

Om ongevallen te voorkomen moeten de volgende regels strikt inachtgenomen worden:

Laat de UPS niet functioneren als de omgevingstemperatuur en de luchtvochtigheid buiten de gespecificeerde grenzen vallen.

Gooi de batterij niet in vuur (explosiegevaar).

Probeer niet de batterij te openen (batterijvloeistof gevaarlijk voor ogen en huid).

De afvalverwerking dient strikt volgens de geldende wet- en regelgeving te geschieden.

Vermijd contact van de warmtegeleidende vloeistof met ogen en huid. Zonodig spoelen met schoon water.

Veiligheid van het product

Stroomopwaarts van de UPS moet een gemakkelijk toegankelijke beveiliging (beveiligingsschakelaar) geïnstalleerd worden.

Plaats de UPS niet in de buurt van vloeistoffen of in een te vochtige omgeving.

Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen of voorwerpen in het apparaat kunnen binnendringen. Zorg ervoor dat de ventilatieroosters van de UPS niet verstopt of afgedekt zijn.

Plaats de UPS niet in direct zonlicht of in de buurt van een warmtebron.

Bijzondere voorzorgsmaatregelen

Neem strikt de in de gebruikershandleiding beschreven aansluitinstructies in acht.

Controleer de specificaties op het typeplaatje: deze moeten overeenkomen met uw netstroomcircuit en het werkelijke stroomverbruik van de gezamenlijke aangesloten apparatuur.

Indien de UPS voor gebruik opgeslagen wordt, moet hij in een vochtvrije ruimte worden geplaatst. Uiterste opslagtemperaturen: -10°C tot +45°C.

Indien de UPS voor langere tijd buiten spanning blijft, moet het systeem één keer per maand gedurende 24 uur onder spanning worden gebracht om de batterij op te laden, omdat anders de batterij onherstelbaar beschadigd raakt.

De UPS is ontworpen voor normaal gebruik in de in het hoofdstuk “bijlagen” gespecificeerde omgevings- en klimaatomstandigheden: hoogteligging, omgevingstemperatuur, relatieve luchtvochtigheid, transport- en opslagomstandigheden.

Het gebruik van de UPS binnen de gespecificeerde grenzen garandeert de goede werking, maar kan de levensduur van bepaalde onderdelen negatief beïnvloeden, met name de levensduur en autonomieduur van de batterij. De opslagduur van de UPS is beperkt omdat de interne batterij regelmatig opgeladen moet worden.

Bij bijzondere gebruiksomstandigheden kunnen een speciaal ontwerp of speciale beschermingsmaatregelen vereist zijn:

-schadelijke rook, stof, schurend stof,

-vochtigheid, stoom, zilte lucht, slechte weersomstandigheden of druipwater,

-explosief mengsel van stof en gas,

-extreme temperatuurschommelingen,

-slechte ventilatie,

-warmtegeleiding of warmtestraling vanuit andere bronnen,

-zuur of vuil bevattend koelwater dat aanslag, modder, elektrolyse of corrosie kan veroorzaken op onderdelen van de omzetter die met het water in aanraking komen,

-sterke elektromagnetische velden,

-radioactiviteitniveau hoger dan in de natuurlijke omgeving,

-schimmels, insecten, ongedierte, enz.

-gebruiksomstandigheden van de batterij.

De UPS mag alleen worden geïnstalleerd:

volgens de regels van HD 384.4.42 S1/A2 - Hoofdstuk 42: beveiliging tegen warmte-invloeden.

en volgens IEC-norm 60364-4-482 - Hoofdstuk 482: beveiliging tegen brand.

51030375NL/CB - Pagina 3

Image 3
Contents Galaxy Installatie- en gebruikershandleidingInleiding Veiligheid van het product VeiligheidVeiligheidsregels Veiligheid van personenHandleiding Display VoorwoordIndeling van de documentatie Verklaring der tekensInstalleren InhoudsopgaveBeschrijving Bijlagen EindcontrolesGebruik OnderhoudExterne batterijkast / hulpkast BeschrijvingGalaxy UPS-kastToegang tot de aansluitingen Aansluitkolom Uitvoering met externe batterij 3 4 5 6 BA Operator/machine-interface Communicatiekaart met relaisBatterijkast UPS-kast InstallerenPlaatsen Combineren van de kastenBeveiligingen en kabeldoorsneden Bepalen van beveiligingen en kabeldoorsnedenAanbevolen beveiliging vóór de UPS Aanbevolen beveiliging na de UPSKeuze van installatie volgens het aardleidingenchema Referentieschema’s voor enkele en parallelle UPS-systemenStroomopwaarts en stroomafwaarts geen nulverdeling Laagspanningsschakelpaneel Tgbt Tgbt Laagspanningsschakelpaneel Frequentieomzetter zonder AC-BYPASS-circuitQ3BP Niet Aansluiten van de vermogenskabels van een enkele UPS FrequentieomzetterBYPASS-ingangscircuit UPS De UPS geleverd By-passNormale Aansluiten van de aardleiding tussen parallelle UPS-systemen Verbindingen met de externe bypass- kast Externe bypass-kastUitwisselingsstroomverbindingen Can // verbindingenSchroef Aansluiten van de communicatiekaart met relais Aansluiten van het noodstopcontactblokAansluitvoorbeeld van een communicatiekaart met relais Specificaties van de ingangssignalenKabeltraject van de signaalleidingen Enkele UPSParallelle UPS-systemen Vermogensaansluitingen van een externe batterijkast Monteren en aansluiten van een lege batterijkastMonteren van de batterijschakelaarkit Schroef de geleidingen vast Monteren van de stelling en de batterij-elementenXMD3 Aansluiten van de transformator voor uitgangsisolatie Aansluiten van de transformator voor ingangsisolatieParallelle UPS met of zonder externe bypass-kast EindcontrolesGebruik Uitschakelen van een enkele UPSOpnieuw inschakelen van een enkele UPS De verbruiker wordt beveiligd door de UPS-systemen Uitschakelen van parallelle UPS-systemenOpnieuw inschakelen van parallelle UPS-systemen Krijgt energie via het AC-BYPASS-circuitHet AC-BYPASS-circuit is aanwezig WerkingsfunctiesNormale werkingsfunctie of dubbele conversie ECO-functie alleen voor enkele UPSWerking op batterij Terugkeer van het Normale AC-circuitOpnieuw inschakelen op batterij Specifieke programmering van de UPS Ingangen Fabrieksprogrammering Vooralarm einde autonomie batterijTransformatoren Normale AC transformatorOpeningsmenu Hoofdmenu Display-overzichtOnderhoud Opsporen van storingenLife Cycle Monitoring LCM Als de apparatuur stroom krijgt via het AC-BYPASS-circuit Isoleren van apparatenFrequentieomzetter UPS in ECO-modeUitschakelen en isoleren van de tweede UPS Parallelle UPS-systemen zonder externe bypass-kastAls de apparatuur stroom krijgt via de UPS Uitschakelen en isoleren van de eerste UPSParallelle UPS met externe bypass-kast Uitschakelen en isoleren van slechts één UPSUitschakelen en isoleren van alle UPS-systemen De UPS schakelt automatisch in. LED 34 brandt Terug naar NORMAAL-standFrequentieomzetter Brandt er is een storing opgetreden zie § Parallelle UPS-systemen voor vermogensvergrotingDe UPS is opnieuw ingeschakeld en LED 34 brandt Als de LED’s 34 dan nog uit blijven of één van de LED’s 35Trainingscentrum 50 Hz Trainingscentrum 60 Hz TrainingscentrumVerpakking MilieuDit product is milieubewust ontwikkeld Recycleren van de UPS aan het einde van zijn levensduurBepalen van de beveiligingen BijlagenTechnische gegevens Elektrische specificatiesIngangs- en uitgangsspecificaties Afgegegeven vermogen afhankelijk van de ingangspanningToelaatbare overbelastingtijd op de uitgang van de UPS Met externe bypass-kast Maximaal toelaatbaar vermogen van parallelle UPS-enBeperking van parallelwerking Zonder externe bypass-kastThermische specificaties Woordenlijst20-23 IndexPagina 56 51030375NL/CB