Bowers & Wilkins ASW600 Elektrische verbindingen, Meer dan één subwoofer gebruiken, On aan

Models: ASW600

1 71
Download 71 pages 27.77 Kb
Page 38
Image 38

luidspreker bevinden, hoe krachtiger het laag. In tegenstelling tot gewone breedband luidsprekers, kunt u bij de subwoofer altijd weer de juiste, totale klankbalans vinden door het volume van de subwoofer te corrigeren. Hoe meer de ruimte versterkt, hoe lager de subwoofer ingesteld kan worden, met één restrictie. Bij opstelling in een hoek zullen er meer resonantiefrequenties van de ruimte worden geactiveerd en zal de laagweergave onregelmatiger worden. Daar elke ruimte anders reageert, is experimenteren de enige manier om de optimale en definitieve opstelling van de subwoofer te bepalen. Hierbij is het handig om een stuk muziek te gebruiken met een duidelijk basloopje van laag naar hoog of omgekeerd: zo kan gecontroleerd worden of de laagweergave strak is door te luisteren naar noten die overdreven hard en/of zacht klinken. Met een subwoofer is het veel eenvoudiger om ruimteresonanties onder controle te krijgen, terwijl u tegelijkertijd de hoofdluidsprekers op hun optimale positie voor het totale geluidsbeeld kunt opstellen.

Wilt u de subwoofer in een kleine ruimte inbouwen, bijvoorbeeld in een speciaal meubel, zorg dan voor voldoende ventilatie en koeling van de ingebouwde eindversterker. Vraag uw leverancier om advies.

De subwoofer wordt geleverd met vier “spikes”. Deze prikken door het tapijt en rusten op de vloer eronder, waardoor de luidspreker steviger staat.

Heeft u geen tapijt, maar wilt u krassen op de vloer voorkomen? Gebruik dan een beschermplaatje tussen vloer en spikes of – in plaats van de spikes – de rubber voetjes.

Schroef eerst de contramoeren helemaal tot aan het einde van de draad op de spikes of de voetjes. Schroef de voetjes of spikes dan volledig in de luidsprekeronderkant. Staat de behuizing nu niet stabiel: draai dan de twee voetjes of spikes die de vloer niet raken naar buiten totdat de behuizing wel stevig staat. Fixeer daarna alle voetjes of spikes door de contramoeren tegen de behuizing vast te draaien.

Elektrische verbindingen

Overtuig u er eerst van dat alle apparaten van het systeem niet meer met het lichtnet zijn verbonden. Hierdoor bent u er zeker van dat er tijdens het losnemen en vastzetten van kabels geen schade kan ontstaan.

De subwoofer heeft zowel lijningangen en –uitgangen via cinch aansluitingen, als luidsprekerniveau ingangen via de klemmen op het paneel op de achterzijde.

Onderstaand overzicht geeft de juiste aansluitmethode voor uw installatie:

Toepassing: Home Theater

Processor met gescheiden eindversterkers die één of meer subwoofers voedt – afbeelding 3

Processor met geïntegreerde eindversterkers voor één of meer subwoofers:

– met lijnniveau subwooferuitgang –

afbeelding 4

met luidsprekerniveau subwooferuitgang

afbeelding 5

Toepassing: 2-kanaals audio

Gescheiden voor- en eindversterkers:

Breedbandsignaal naar de satelliet luidsprekers en:

één subwoofer – afbeelding 6

twee subwoofers – afbeelding 7

Hoogdoorlaat signaal naar satelliet luidsprekers en:

één subwoofer – afbeelding 8

twee subwoofers – afbeelding 9

Geïntegreerde versterker:

Breedbandsignaal naar de satelliet luidsprekers en:

één subwoofer – afbeelding 10

twee subwoofers – afbeelding 11

Hoogdoorlaat signaal naar satelliet luidsprekers en:

één subwoofer – afbeelding 12

twee subwoofers – afbeelding 13

Meer dan één subwoofer gebruiken

Meer dan een sub in een systeem kan de weergave op de volgende manieren verbeteren:

De stereoscheiding blijft optimaal tot de laagste frequenties.

Geschikt voor grotere luisterruimten.

Hogere geluidsniveaus zijn mogelijk – vaak zinvol om op de juiste wijze de speciale Home Cinema effecten weer te geven.

Resonanties op lage frequenties worden minder hoorbaar.

Gebruik van twee subwoofers bij stereo zal de kanaalscheiding verbeteren, wanneer deze dichtbij de bijbehorende satellietluidspreker wordt opgesteld. Kan de subwoofer niet in de directe nabijheid van de satellieten worden geplaatst, gebruik dan de mono-uitgang (afbeelding 8).

Controleer alle aansluitingen nogmaals

CONTROLEER EERST OF DE NETSPANNING DIE STAAT AANGEGEVEN OP HET VERSTERKERPANEEL OVEREENKOMT MET DIE TER PLAATSE.

Voordat het systeem wordt ingeschakeld en afgeregeld, eerst alle aansluitingen nogmaals controleren. Het gebeurt namelijk maar al te vaak dat geen behoorlijke weergave wordt verkregen ongeacht de gemaakte instelling, waarna wordt ontdekt dat er iets verkeerd was aangesloten. Controleer daarom of:

De signaalpolariteit klopt: voor de luidsprekeraansluitingen van de satellieten geldt dat de “+” met de “+” wordt verbonden en de “–” met de “–”. Verwisseling geeft een ‘vage’ weergave met een onduidelijk stereobeeld, weinig laag of zelfs beide.

De linker en rechter kanalen in het gehele systeem op dezelfde manier zijn aangesloten. Let op het juiste klankbeeld van een orkest en of bij Home Cinema het geluidsbeeld in dezelfde richting beweegt als het

beeld.

In- en uitschakelen

We adviseren om eerst de subwoofer in te schakelen en daarna pas de andere versterkers die signalen van de subwoofer krijgen. Het omgekeerde geldt bij uitschakelen: schakel dan de subwoofer als laatste uit.

De functieschakelaar On/Auto (8) en de indicatie werken als volgt:

On (aan):

In deze stand is de versterker altijd actief en licht de indicatie groen op.

Auto (automatisch):

Nadat u de subwoofer voor het eerst in de stand “Auto” heeft gezet, schakelt de versterker in en licht boven de schakelaar een groene indicatie (9) op. Wordt gedurende 5 minuten geen ingangsignaal gedetecteerd, dan zal de versterker automatisch in “standby” gaan en wordt de indicatie rood. Zodra een ingangssignaal wordt gesignaleerd, schakelt de versterker weer in en wordt de indicatie groen.

Bedieningsorganen

De subwoofer beschikt over 5 knoppen:

Volumeregelaar (10)

Frequentie-instelling voor laagdoorlaat filter (5 – LOW-PASS FILTER)

Schakelaar voor laagdoorlaat filter (7)

Faseschakelaar (6 – PHASE)

Schakelaar EQ equalizer (4)

De optimale instelling van elke regeling wordt bepaald door de andere apparatuur die met de subwoofer wordt gebruikt. Wordt er meer dan één subwoofer gebruikt, zet dan de overeenkomende instellingen in dezelfde positie.

Home Cinema

De B&W ASW Actieve Subwoofer is niet THX® gecertificeerd, maar kan desgewenst met een THX® controller worden gebruikt.

Zet de VOLUME regelaar aanvankelijk op ‘negen uur’.

Zet de LOW-PASS FILTER schakelaar op OUT (uit).

Zet de EQ schakelaar aanvankelijk op A.

Zet de PHASE schakelaar aanvankelijk op 0°.

De positie van de LOW-PASS FILTER frequentie-instelling is niet belangrijk.

Lees ook de paragraaf ‘Fijninstelling’.

Gebruikt u een THX® decoder, schakel dan de subwoofer functie in. Op deze manier zijn de instellingen voor filter en volume optimaal om de subwoofer in alle toepassingen te gebruiken. Voor het inregelen van de geluidsniveaus gebruikt u het interne testsignaal en de kanaalinstellingen van de THX® decoder. In alle gevallen deze testruis op de luisterpositie op een geluidsdruk van 75 dB SPL (C-gewogen) instellen.

Gebruikt u een andere processor, kies dan

31

Page 38
Image 38
Bowers & Wilkins ASW600 Elektrische verbindingen, Meer dan één subwoofer gebruiken, Controleer alle aansluitingen nogmaals