Andere redenen waarom een kookzone soms automatisch wordt uitgeschakeld

Alle kookzones worden uitgeschakeld wanneer vloeistof overkookt en op het bedieningspaneel terechtkomt.

Deze automatische uitschakeling wordt ook geactiveerd wanneer u een vochtige doek op het bedieningspaneel legt. In beide gevallen moet het apparaat opnieuw worden ingeschakeld met de Aan/Uit-toets nadat de vloeistof of de doek is verwijderd.

RESTWARMTE-INDICATOR

Wanneer een van de kookzones of de gehele kookplaat wordt uitgeschakeld, wordt de achtergebleven restwarmte aangegeven met een , (voor 'heet') op het digitale display van de desbetreffende kookzones. Zelfs nadat de kookzone is uitgeschakeld, zal de restwarmte-indicator pas uitgaan wanneer de kookzone is afgekoeld.

U kunt de restwarmte gebruiken voor het ontdooien of het warm houden van voedsel.

Zolang de restwarmte-indicator oplicht bestaat er WAARSCHUWING verbrandingsgevaar.

Als de stroomvoorziening wordt onderbroken, dooft het WAARSCHUWING symbool , en is er niet langer informatie beschikbaar

over restwarmte. U kunt zich dan echter nog altijd aan de kookplaat branden. U kunt dit voorkomen door in de omgeving van de kookplaat altijd voorzichtig te zijn.

TEMPERATUURDETECTIE

Als de temperatuur van een of meer kookzones om welke reden dan ook de veiligheidsniveaus overschrijden, worden de desbetreffende kookzones automatisch op een lager vermogen gezet.

Nadat u klaar bent met het gebruik van de kookplaat, treedt de ventilator in werking totdat de elektronica is afgekoeld. De ventilator wordt automatisch uitgeschakeld, afhankelijk van de temperatuur van de elektronica.

Nederlands - 20

NZ63H57470K_EF_DG68-00548A-00_NL.indd 20

2014-04-09 �� 3:56:15