Stap 2: Het netsnoer aansluiten

Schakel de monitor en de computer uit (wanneer deze nog niet zijn uitgeschakeld). Sluit vervolgens het netsnoer aan op de monitor en steek daarna de stekker van het snoer in een stopcontact.

AC IN

R G B HD VD

(HD15)

(BNC)

naar

AC IN

naar een stopcontact

netsnoer (bijgeleverd)

Stap 3: De monitor en de computer aanzetten

Zet eerst de monitor aan en vervolgens de computer.

De installatie van uw monitor is nu voltooid.

Gebruik zo nodig de bedieningsknoppen van de monitor om het beeld bij te stellen.

Indien er geen beeld op het scherm verschijnt

Controleer of de monitor op correcte wijze is aangesloten op de computer.

Probeer, indien de melding GEEN INPUT SIGNAAL op het scherm verschijnt, het ingangssignaal te veranderen (pagina 8), en controleer of de grafische kaart van de computer volledig in de juiste busconnector is gestoken.

Indien u een oude monitor vervangt door dit model en de melding BUITEN SCAN BEREIK op het scherm verschijnt, dient u de oude monitor opnieuw aan te sluiten. Stel vervolgens de grafische kaart van de computer zodanig in dat de horizontale frequentie tussen 30 - 121kHz ligt, en de verticale frequentie tussen 48 - 160 Hz.

Voor meer informatie over de meldingen op het scherm, zie "Foutsymptomen en oplossingen" op pagina 18.

Voor gebruikers van Windows 95/98

Installeer, om het potentieel van uw monitor te optimaliseren, het nieuwe model informatiebestand van de bijgeleverde Windows Monitor Information Disk op uw PC.

Deze monitor voldoet aan de "VESA DDC" Plug & Play standaard. Indien uw PC/grafische kaart voldoet aan DDC, selecteert u "Plug & Play Monitor (VESA DDC)" of de modelnaam van deze monitor als het monitortype op het "Control Panel" van Windows 95/98. Indien uw PC/ grafische kaart er niet in slaagt met deze monitor te communiceren, laadt u de Windows Monitor Information Disk en selecteert u de modelnaam van deze monitor als het monitortype.

Voor gebruikers van Windows NT4.0

De monitorinstallatie in Windows NT4.0 verschilt van die van Windows 95/98 en vereist geen selectie van het monitortype. Zie de instructiehandleiding van Windows NT4.0 voor meer details over het instellen van de resolutie, verversingsfrequentie en aantal kleuren.

Het instellen van de resolutie en het aantal kleuren van de monitor

Stel de resolutie van de monitor en het aantal kleuren in aan de hand van de aanwijzingen uit de instructiehandleiding van uw computer. Het aantal kleuren kan verschillen al naargelang het type computer of videokaart dat u heeft. De kleurpaletinstelling en het effectieve aantal kleuren zijn als volgt:

High Color (16 bit) t 65.536 kleuren

True Color (24 bit) t ongeveer 16,77 miljoen kleuren In de true color mode (24 bit) kan de snelheid lager zijn.

NL

7