C no rt lo

H A N D L E I D I N G C A R D I O

2 6

PROGRAMMA’S

1.MANUAL PROGRAMMA

Stel een streeftijd en/of -afstand en/of - energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens in door middel van het KEUZEWIEL.

Start de training door de START/STOP-knop in te drukken.

Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. De weerstand kunt u instellen met het KEUZEWIEL.

2.VOORGEPROGRAMMEERDE PROGRAMMA’S

Het profiel van het voorgeprogrammeerde programma wordt gedurende twee seconden getoond terwijl u door de programma’s bladert. Selecteer het gewenste voorgeprogrammeerde programma met behulp van het KEUZEWIEL.

Stel een trainingstijd en/of streefafstand en/of -energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens in door middel van het KEUZEWIEL.

Start de training door de START/STOP-knop in te drukken.

Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. Tijdens de training kunt u de weerstand aanpassen door gebruik te maken van het KEUZEWIEL.

3.USER PROGRAMMA

Het programmaprofiel dat als laatste is gebruikt, verschijnt in beeld. U kunt beginnen met trainen volgens uw persoonlijke trainingsstreefdoelen die in het geheugen zijn opgeslagen (door de START/STOP-knop in te drukken), of u kunt het programma aanpassen. De balk met het programmaprofiel (1/20) dat nu kan worden aangepast, knippert. Als u het programma wilt aanpassen, pas dan de instellingen in de knipperende

balk aan en bevestig uw keuze. Vervolgens gaat de volgende balk knipperen. Na de laatste balk verschijnt de eerste balk weer op het scherm. Door 2 seconden lang de ENTER-knop ingedrukt te houden, voltooit u de aanpassingen in het profiel. Nu is het programma ingesteld met uw opgeslagen persoonlijke trainingsgegevens (streefdoelen voor tijd, afstand, energieverbruik en hartslaggrens). U kunt uw streefdoelen naar behoefte aanpassen. Start de training door de START/STOP-knop in te drukken.

Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. Tijdens de training kunt u de weerstand aanpassen door gebruik te maken van het KEUZEWIEL.

4.HEART RATE CONTROL

Kies uw leeftijd en bevestig uw keuze. Kies één van de vier verschillende trainingsintensiteiten (55%, 75%, 90% of TARGET). Als u TARGET kiest, dan kunt u een streefdoel voor uw hartslag invoeren.

Start de training door de START/STOP-knop in te drukken. Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/ streefdoelen beginnen met aftellen.

Tijdens de training zal de apparatuur automatisch de weerstand aanpassen, zodat uw hartslagstreefdoel kan worden bereikt en vastgehouden.

5.CONSTANT WATT

Stel een streefdoel in voor het vermogen in watt en een streeftijd en/of -afstand en/of -energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens door middel van het KEUZEWIEL.

Start de training door de START/STOP-knop in te drukken.

Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. Tijdens de training

zal de apparatuur automatisch de weerstand aanpassen, afhankelijk van uw trapsnelheid, zodat het streefdoel voor het vermogen wordt bereikt en vastgehouden. U kunt het streefvermogen veranderen met het

KEUZEWIEL.

6.RECOVERY

Begin met de herstelberekening na de training. Druk hiervoor op de RECOVERY-knop. De berekening van de herstelhartslag kan alleen worden gestart als de hartslagmeting is ingeschakeld en de hartslagwaarde wordt getoond op het scherm. Deze meting duurt 60 seconden. Na 60 seconden verschijnt op het scherm uw herstelindex op een schaal van F1 tot F6 (F1 = beste resultaat). Om terug te keren naar het hoofdmenu drukt u één keer op de RECOVERY-knop.

Cardio Control 2007_PUBLISHED v026 26

13.7.2007 10:37:59

Page 26
Image 26
Accell Cardio Control owner manual Start de training door de START/STOP-knop in te drukken, Keuzewiel