Naslaggids 81

Connectoren op het achterpaneel

1 parallelle
connector
Sluit een parallel apparaat, bijvoorbeeld een printer, aan op de
parallelle connector. Als u een USB-printer hebt, moet u deze
aansluiten op een USB-connector.
OPMERKING: De ingebouwde parallelle aansluiting wordt
automatisch uitgeschakeld zodra de computer een geïnstalleerde
kaart detecteert met een parallelle aansluiting die op hetzelfde
adres is geconfigureerd. Zie "System Setup-opties" in de
Gebruikershandleiding voor meer informatie.
2 muisconnector Sluit een standaard PS/2-muis aan op de groene
muisconnector. Schakel de computer en alle aangesloten
apparaten uit, voordat u een muis op de computer aansluit.
Als u een USB-muis hebt, moet u deze aansluiten op een
USB-connector.
3 IEEE 1394-
connector
Gebruik de IEEE 1394-connector voor apparaten met hoge
gegevenssnelheden zoals digitale videocamera's en externe
opslagapparaten.
4 lijningang Gebruik de blauwe lijningang om een afspeelapparaat aan te
sluiten, zoals een MP3-, cd- of videospeler. Gebruik op
computers met een geluidskaart de aansluiting op de kaart.
5 lijnuitgang Op de groene lijnuitgang kunt u een hoofdtelefoon en de meeste
speakers met geïntegreerde versterkers aansluiten. Gebruik op
computers met een geluidskaart de aansluiting op de kaart.
12345678
11 10 9