GETIJKLOK
Voor de getijklok draait de rode wijzer altijd met de klok mee zodat het vloed wordt wanneer de wijzer naar links wijst en het eb wordt wanneer de wijzer naar rechts wijst. Het aantal uren tot volgende vloed/eb wordt op de getijschaal getoond.
De getijden worden door de stand van zon en de vorm van de kustlijn beïnvloed, zodat de getijklok niet precies de tijd van eb en vloed kan geven. Periodieke bijstelling kan nodig zijn.
Voor het instellen van de getijklok trekt u de kroon naar de MIDDELSTE stand. Druk op de drukknop GETIJ of TEMP om de wijzer naar het huidige getij te draaien. De druk- knoppen GETIJ en TEMP draaien de wijzer respectievelijk met de klok mee en tegen de klok in. Druk de kroon naar binnen wanneer u klaar bent.
kompas kalibreren
Het kompas moet worden gekalibreerd voordat u het gebruikt.
Omdat een kompas gebruik maakt van het magne- tische veld van de aarde, moet u zich bewust zijn van grote metalen voorwerpen zoals auto's en bruggen, of
voorwerpendie elektromagnetische straling afgeven zoals televisies en computers die op het magnetische veld rond het horloge van invloed kunnen zijn. Als het kompas in de buurt van dergelijke voorwerpen wordt gekalibreerd, werkt het alleen naar behoren op diezelfde plek. Als het kompas uit de buurt van dergelijke voorwerpen wordt gekalibreerd, werkt het niet naar behoren nabij deze voorwerpen. Voor de beste resultaten kalibreert u het kompas nabij de plek van beoogd gebruik.
242 | 243 |