36 NE

AANSLUITEN

1
Verbind de 21-pens SCART aansluiting van het
weergavetoestel met de 21-pens SCART aansluiting van
de videorecorder zoals u in de afbeelding op blz. 37
ziet.
Indien u deze videorecorder als weergavetoestel
gebruikt . . .
. . . verbind de AV1 IN/OUT aansluiting met het
opnametoestel.
Indien u deze videorecorder als opnametoestel
gebruikt . . .
. . . . verbind de AV2 IN/DECODER of AV1 IN/OUT
aansluiting met het weergavetoestel

STEL DE INGANGSFUNCTIE VAN

HET OPNAMETOESTEL IN

2
Stel op AUX. Druk op NUMBER toets "0" en/of TV PROG
van deze videorecorder om de aansluiting die u gebruikt
te kiezen — "L-1" voor de AV1 IN/OUT aansluiting of "L-
2" voor de AV2 IN/DECODER aansluiting.
Controleer dat "AV2 KEUZE" op "AV2" is gesteld
(Z blz. 37) bij gebruik van de AV2 IN/DECODER
aansluiting.

START HET WEERGAVETOESTEL

3
Schakel het toestel in de weergavefunctie.

START HET OPNAMETOESTEL

4
Schakel het toestel in de opnamefunctie.
OPMERKINGEN:
Alle kabels die u nodig heeft zijn in de handel verkrijgbaar.
Stel "O.S.D." beslist op "UIT wanneer u deze videorecorder voor
het monteren als weergavetoestel wilt gebruiken (
Z
blz. 8).
Bij gebruik van deze videorecorder voor het monteren van
cassettes moet u voor het starten van de montage 3R beeld
uitschakelen. (
Z
blz. 14)

MONTEREN

Monteren vanof naar eenanderevideorecorder
U kunt deze videorecorder als brontoestel (weergavetoestel) of
opnametoestel gebruiken.
– –:– –
123
456
789
0
2
4
1
3
NUMBER "0"
TV PROG
OK
MENU