1.Ingang en
2.Versterkermodellen – Met deze knoppen kies je telkens één van de 4 versterkermodellen. Door R&B en ROCK samen in te drukken selecteer je de synthbas. In die mode hebben de regelaars van je LowDown een andere functie en worden ze meteen ingesteld om je een perfect geluid te geven! Bij levering bevatten de vier geheugens al ijzersterke sounds. Je kunt er echter ook je eigen instellingen naar wegschrijven.
3.DRIVE – Deze regelaar komt overeen met de volume- of gainregelaar op andere versterkers: hiermee bepaal je de hoeveelheid “scheur”.
4.Toonregelaars – De precieze werking van BASS, LO MID, HI MID en TREBLE verschilt naar gelang het gekozen versterkermodel.
5.OPTO COMP – Draai deze regelaar naar rechts om de dynamiek te verminderen (het signaal sterker te comprimeren). Houd de
6.MASTER – Het weergavevolume heeft geen enkele invloed op het geluid als dusdanig en kan dus naar keuze worden ingesteld.
7.CD/MP3 – Hierop kun je een signaalbron naar keuze aansluiten, die dan eveneens via de luidspreker van de LowDown of in de hoofdtelefoon wordt weergegeven. Handig voor het instuderen van nieuwe licks of het gebruik van een drumcomputer… Het ingangsvolume van de signaalbron moet je met diens regelaar instellen.
8.Hoofdtelefoon – Hier kun je een hoofdtelefoon aansluiten, die hetzelfde signaal weergeeft als de luidspreker van de LowDown. Je hoort m.a.w. je bas en de op CD/MP3 aangesloten bron.
9.XLR Direct Out – Stuurt een perfect voorbereid signaal (met speakersimulatie) naar de
10.PREAMP OUT – Deze uitgang zendt je bassignaal naar een externe basversterker, een eindtrap, een mengpaneel of de PA.
11.POWER – Aan of uit. Je hoort meer, wanneer je de versterker inschakelt.