Over de synthesizer:

Wanneer je het Synth-model kiest, fungeren de regelaars op het frontpaneel als bedieningsorganen van je analoge bassynthesizer. Ziehier hoe dit werkt:

Drive

Voegt vervorming achter het filter toe. Vanaf “10 uur” begint het geluid te scheuren.

Cutoff (Bass)

Filterfrequentie (“cutoff”). Rond de “10 uur”-instelling wordt de synthesizer lekker rond.

Resonance (Low Mid)

Door deze regelaar naar rechts te draaien voorzie je de sound van een SciFi-tintje.

Envelope (High Mid)

Envelope-intensiteit van het filter. De filterenvelope wordt bij elke gespeelde noot opnieuw gestart. Met de envelope bepaal je hoe ver de filterfrequentie tijdens het spelen op en neer gaat.

Attack/Decay (Treble)

Snelheid van de filterenvelope. Hiermee bepaal je hoe snel de filterenvelope op je noten reageert. Zet de regelaar op “9 uur” voor dat typische bassynthesizergeluid.

Waveform (Opto Comp)

Met deze regelaar kun je kiezen uit een groot aantal golfvormen:

4

5

6

3

 

7

2

 

8

1

 

9

1.Zaagtand

2.Zaagtand en een octaaf eronder

3.Zaagtand + zaagtand een octaaf eronder

4.PWM met driehoeksgolf

5.Driehoeksgolf en een octaaf eronder

6.Blokgolf

7.PWM met blokgolf + octavering

8.PWM met blokgolf en octaaf eronder met chorus + toegevoegde kwint

9.PWM van een blokgolf + octaaf eronder met chorus

Page 55
Image 55
Line 6 Studio 110 specifications Over de synthesizer, Cutoff Bass